Results for hsct translation from Dutch to French

de eerste dosis werd 3 tot 6 maanden na hsct toegediend.
la première dose a été administrée 3 à 6 mois après la gcsh.

bij patiënten die een hsct hebben ontvangen is de responsduur verstoord.
les durées de réponse ne sont pas comparables car certains patients ont reçu une greffe de cellules souches hématopoïétiques.

hypogammaglobulinemie bij patiënten na allogene hematopoëtische stamceltransplantatie (hsct)
hypogammaglobulinémie chez les patients ayant bénéficié d’une transplantation allogénique de cellules souches hématopoïétiques (tcsh).

- recipiënten van hematopoëtische stamceltransplantaten (hsct) die een immunosuppressieve
- receveurs de greffe de cellules souches hématopoïétiques (gcsh) sous traitement

hypogammaglobulinemie bij patiënten na een allogene hematopoëtische stamceltransplantatie (hsct).
hypogammaglobulinémie chez les patients ayant bénéficié d’une allogreffe de cellules souches hématopoïétiques.

het primaire eindpunt was de incidentiefrequentie van bewezen of waarschijnlijke ifi gedurende het eerste jaar na hsct.
le critère principal de l’étude était le taux de survenue d’ifi prouvée ou probable pendant la première année après la gcsh.

defitelio moet worden voorgeschreven en toegediend aan patiënten door gespecialiseerde artsen die ervaring hebben met de diagnose en behandeling van complicaties bij hsct.
defitelio doit être prescrit et administré aux patients par des médecins spécialistes expérimentés dans le diagnostic et le traitement des complications de la tcsh.

in het klinische onderzoek tk007 kregen 30 patiënten met een groot risico op hematologische maligniteiten die hsct ondergingen elke maand zalmoxis toegediend tot maximaal vier infusies.
dans l'étude clinique tk007, 30 patients présentant des hémopathies malignes à haut risque ayant reçu une gcsh, ont reçu zalmoxis une fois par mois, jusqu'à un maximum de quatre perfusions.

de patiënten waren immuungecompromitteerd met onderliggende aandoeningen zoals hematologische maligniteit, neutropenie na chemotherapie, gvhd, en na hsct.
les patients étaient immunodéprimés et présentaient des pathologies sous-jacentes telles que cancer hématologique, neutropénie consécutive à une chimiothérapie ou maladie du greffon contre l'hôte, et avaient reçu une greffe de cellules souches hématopoïétiques.

15 van de 36 patiënten (41,7%) hadden allogene hsct ondergaan voorafgaand aan toediening van blincyto.
quinze patients sur 36 (41,7 %) avaient reçu une allogreffe de csh avant de recevoir blincyto.

bij patiënten die eerder allogene hsct hadden ondergaan was sprake van vergelijkbare responspercentages met patiënten die geen hsct hadden ondergaan, bij oudere patiënten waren de responspercentages vergelijkbaar met die van jongere patiënten en er werd geen wezenlijk verschil waargenomen tussen remissiepercentages op basis van het aantal lijnen van eerdere salvagebehandelingen.
les taux de réponse ont été comparables chez les patients ayant reçu préalablement ou non une allogreffe de csh, chez les patients âgés et chez les patients plus jeunes, et il n’a pas été observé de différences substantielles dans les taux de rémission en fonction du nombre de lignes du traitement de rattrapage reçu antérieurement.

onderzoek 316 was een gerandomiseerd, dubbelblind onderzoek naar posaconazolsuspensie voor oraal gebruik (200 mg driemaal daags) versus fluconazol capsules (400 mg eenmaal daags) in allogene hsct-recipiënten met graft-versus-host ziekte (gvhd).
l’étude 316 était randomisée, en double-aveugle, avec le posaconazole en suspension buvable (200 mg trois fois par jour) versus des gélules de fluconazole (400 mg une fois par jour) chez les receveurs allogéniques de greffe de cellules souches hématopoïétiques avec la maladie du greffon contre l’hôte (gvh).