Results for samenwerkingsplicht translation from Dutch to German

samenwerkingsplicht
verpflichtung zur zusammenarbeit

voldoen aan de samenwerkingsplicht — een voorbeeld
den amtshilfeverpflichtungen nachkommen – beispiel

de commissie is van oordeel dat dit een schending is van de samenwerkingsplicht die krachtens het verdrag op alle lidstaten rust.
nach ansicht der kommission kommt belgien damit seiner in artikel 10 egv niedergelegten pflicht zur zusammenarbeit nicht nach.

de samenwerkingsplicht is erg ruim: de bevoegde autoriteiten moeten alles in het werk stellen om doeltreffend samen te werken.
die verpflichtung zur zusammenarbeit ist umfassend und schließt die verpflichtung ein, alle möglichen maßnahmen zu ergreifen, die für eine effiziente zusammenarbeit erforderlich sind.

de onderneming had haar samenwerkingsplicht geschonden door aan andere concurrenten nog vóór de uitvoering van inspecties door de commissie mede te delen dat zij om immuniteit had verzocht.
das unternehmen hatte seine picht zur mitarbeit dadurch verletzt, dass es andere wettbewerber von seinem antrag auf geldbußenerlass in kenntnis gesetzt hatte, bevor von der kommission nachprüfungen durchgeführt wurden.

de bepalingen betreffende de uitwisseling van informatie tussen de nationale bevoegde autoriteiten en de wederzijdse bijstands- en samenwerkingsplicht dienen te worden versterkt.
die bestimmungen über den austausch von informationen zwischen den zuständigen behörden der mitgliedstaaten und die verpflichtung zu amtshilfe und zusammenarbeit müssen verstärkt werden.

de samenwerkingsplicht is uitgebreid tot de bevoegde autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor het toezicht op pensioenfondsen, icbe's en verzekerings- en herverzekeringstussenpersonen.
die verpflichtung wurde so ausgedehnt, dass nun auch die zusammenarbeit zwischen den zuständigen behörden bei der beaufsichtigung von pensionsfonds, ogaw sowie versicherungs- und rückversicherungsvermittler gewährleistet ist.

in casu is aan die samenwerkingsplicht tussen de gemeenschap en haar lid-staten in het kader van de fao vorm gegeven door punt 2.3. van de tussen de raad en de commissie getroffen regeling.
im vorliegenden fall ist davon auszugehen, daß nummer 2.3 der vereinbarung zwischen dem rat und der kommission die erfüllung dieser pflicht zur zusammenarbeit zwischen der gemeinschaft und ihren mitgliedstaaten im rahmen der fao darstellt.

afgezien van de bepalingen in artikel 14 moet een specifieke samenwerkingsplicht worden vastgelegd om te vermijden dat de vergunnings-/toestemminsprocedure wordt misbruikt om vertragingsredenen en een ongerechtvaardigde belemmering wordt voor het vrije verkeer van verbruikte splijtstof binnen de gemeenschap.
zusätzlich zu artikel 14 ist eine pflicht zur zusammenarbeit eigens einzuführen, um situationen zu vermeiden, in denen das genehmigungs- bzw. zustimmungsverfahren zum zwecke der hinauszögerung missbraucht und ein ungerechtfertigtes hemmnis z. b. für den freien verkehr abgebrannter brennstoffe innerhalb der gemeinschaft werden könnte.

amendement 40. de commissie kan deze schrapping niet aanvaarden, omdat zij zou inhouden dat aan de balie een samenwerkingsplicht wordt opgelegd terwijl deze plicht alleen door de normale anti-witwasautoriteiten naar behoren kan worden vervuld.
Änderungsantrag 40. die kommission kann diese streichung nicht akzeptieren, da sie beinhalten würde, daß die anwaltskammer zur zusammenarbeit verpflichtet wird, während eine solche pflicht nur von den normalen für die geldwäschebekämpfung zuständigen behörden ordnungsgemäß erfüllt werden kann.

deze samenwerkingsplicht omvat onder meer de verplichting om derden niet zonder de voorafgaande instemming van de commissie in kennis van de aanvraag te stellen, alle mogelijke informatie betreende het vermoedelijke kartel op te sporen en aan de commissie te verstrekken en alle mogelijke vragen van de commissie te beantwoorden, wat de mogelijkheid van mondelinge verklaringen van bedrijfspersoneel inhoudt.
diese picht zur mitarbeit schließt unter anderem die verpichtung ein, ohne die vorherige zustimmung der kommission keine dritten von dem antrag in kenntnis zu setzen, alle möglichen informationen über das mutmaßliche kartell ausndig zu machen

189. het aantal aanvragen dat niet voldeed aan de essentiële voorwaarden voor boete-immuniteit steeg in 2005 vergeleken met voorafgaande jaren. vijf verzoeken om immuniteit werden formeel afgewezen, aangezien de commissie op grond van de informatie die zij had ontvangen geen onaangekondigde inspecties kon uitvoeren of een inbreuk op grond van artikel 81 van het eg-verdrag kon constateren. (de betrokken ondernemingen beslisten evenwel de overgelegde gegevens niet in te trekken maar verzochten de commissie die informatie in de plaats daarvan te bekijken met het oog op een boeteverlaging, indien de commissie in de toekomst toch een boete in verband met de vermeende schending zou opleggen). in één zaak, waarbij het vanaf het begin duidelijk was dat de commissie geen onderzoek zou openen, werd een aanvrager in kennis gesteld van het voornemen van de commissie om geen maatregelen in verband met de immuniteitsaanvraag te nemen omdat het onwaarschijnlijk was dat aan de immuniteitsvoorwaarden werd voldaan en de zaak niet geschikt was om door de commissie verder te worden onderzocht. drie aanvragen werden in 2005 als niet-ontvankelijk beschouwd omdat de gerapporteerde feiten niet vielen onder het toepassingsgebied van de clementieregeling. de commissie moet ervoor zorgen dat de clementieregeling niet wordt misbruikt om overeenkomsten ter kennis van de commissie te brengen die vroeger onder het kennisgevingssysteem gevallen zouden zijn dat met de inwerkingtreding van verordening (eg) nr. 1/2003 is afgeschaft. ten slotte heeft de commissie een onderneming waaraan zij voorwaardelijke immuniteit had toegekend, medegedeeld dat haar status in de definitieve kartelbeschikking niet zou worden bevestigd. de onderneming had haar samenwerkingsplicht geschonden door aan andere concurrenten nog vóór de uitvoering van inspecties door de commissie mede te delen dat zij om immuniteit had verzocht.
177. die zahl der anträge, bei denen die wesentlichen bedingungen für den erlass nicht erfüllt waren, nahm 2005 gegenüber den vorjahren zu. fünf anträge auf erlass wurden formell abgelehnt, weil die der kommission vorgelegten informationen weder unangemeldete nachprüfungen gestatteten noch eine zuwiderhandlung gegen artikel 81 eg-vertrag erkennen ließen. (die betreffenden unternehmen entschlossen sich jedoch, die vorgelegten beweismittel nicht zurückzuziehen, sondern ersuchten die kommission, die informationen statt dessen für eine geldbußenermäßigung zu berücksichtigen, sollte die kommission in der zukunft dennoch eine geldbuße in verbindung mit der mutmaßlichen zuwiderhandlung verhängen.) in einem fall, bei dem von anfang an klar war, dass die kommission keine ermittlungen einleiten würde, wurde dem antragsteller mitgeteilt, dass die kommission nicht beabsichtigt, aufgrund des antrags auf geldbußenerlass tätig zu werden, weil nicht zu erwarten ist, dass die bedingungen für einen erlass erfüllt werden und die sache nicht für weitere ermittlungen der kommission geeignet ist. bei drei anträgen wurde 2005 befunden, dass kein anspruch besteht, weil die angezeigten fakten nicht in den rechtserheblichen geltungsbereich der mitteilung zur kronzeugenregelung fielen. die kommission muss sicherstellen, dass die kronzeugenregelung nicht missbraucht wird, um der kommission vereinbarungen zur kenntnis zu bringen, die früher unter das anmeldesystem gefallen wären, das mit dem inkrafttreten der verordnung (eg) nr. 1/2003 abgeschafft wurde. schließlich teilte die kommission einem unternehmen, dem sie einen bedingten geldbußenerlass gewährt hatte, mit, dass sein status in der endgültigen kartellentscheidung nicht bestätigt wird. das unternehmen hatte seine pflicht zur mitarbeit dadurch verletzt, dass es andere wettbewerber von seinem antrag auf geldbußenerlass in kenntnis gesetzt hatte, bevor von der kommission nachprüfungen durchgeführt wurden.