Results for mener translation from French to Dutch

mener
leiden

mener paître
naar de weide brengen

mener des entrevues
voeren van gesprekken

mener provoque suivre
leiden lokt volgen uit

les actions à mener.
de te nemen maatregelen.

mener des négociations pour :
bij het voeren van de onderhandelingen moet het de bedoeling zijn:

savoir mener des négociations.
de mate waarin men onderhandelingen kan voeren.

conclusions – actions à mener
beleidsconclusies

c) les actions à mener.
c) de te nemen maatregelen.

mener des bateaux à couple
langszijde gekoppeld medevoeren

mener des enquêtes de contrôle.
toezichtsonderzoeken betreffende politiediensten uit te voeren.

cette concertation peut mener à :
dit overleg kan leiden tot :

3° mener des projets expérimentaux.
3° experimentele projecten leiden.

conclusions sur les actions à mener
conclusie betreffende de te nemen acties

de mener des activités de sensibilisation.
voorlichtingsactiviteiten.

de mener des inspections sur place;
ter plaatse inspecties uit te voeren;

droit de mener une action syndicale
recht om vakbondsactie te voeren

chacun peut calculer où cela peut mener.
het energiegebruik zal waarschijnlijk driemaal zo hoog liggen.

mener des évaluations des risques adéquates;
risicobeoordelingen

cela devrait mener à un meilleur partenariat.
dit moet tot een beter partnerschap leiden.