Results for souplesse translation from French to Dutch

souplesse
flexibiliteit

souplesse;
aanpassingvermogen;

souplesse financière
financiële flexibiliteit

indice de souplesse
weekheidsgetal

rapidité et souplesse.
snelheid en lenigheid.

souplesse d'exploitation
exploitatieflexibiliteit

(coefficient de souplesse)
(rolcoëfficiënt)

souplesse de la fibre
zachtheid,soepelheid van vezels

le coefficient de souplesse.
rolcoëfficiënt

souplesse géographique du fonctionnement
geografische flexibiliteit

cette souplesse est importante.
het is een verslag waarin men vrijwel alle informatie kan vinden.

d'une très grande souplesse.
systeem is de hoge mate van flexibiliteit ervan.

souplesse du marché du travail
flexibiliteit op de arbeidsmarkt

une souplesse accrue est requise.
paragraaf 17 vertegenwoordigt een radicale wijziging in de regels van het fonds.

souplesse d'exploitation article 6
exploitatieflexibiliteit artikel 6

(2) souplesse de l'instrument,
(2) flexibiliteit van het instrument,

nécessité de souplesse et de flexibilité.
noodzaak van soepelheid en flexibiliteit.

3.7 prévoir une certaine souplesse.
3.7 speelruimte voorzien.

souplesse des horaires environnement de travail
er is vastgesteld dat de meeste slaapproblemen zich voordoen wanneer de werkuren van iemand in ploegendienst onregelmatig zijn en het te verrichten werk vooral een beroep doet op zijn geestelijke vermogens.

souplesse, raison et équité bien contenues
soepelheid, goed afgebakende redelijkheid en billijkheid