Results for vokabular translation from German to Dutch

vokabular
woordenschat

vokabular:
vocabularium:

zusÄtzliches vokabular
aanvullende woordenlijst

vokabular, kontrolliertes
gecontroleerd vocabulaire

kandidaten-vokabular
kandidaatwoordenschat

v.2.2 vokabular
v.2.2. terminologie

vokabular einer dokumentationssprache
woordenboek ( of : vocabulaire ) van een documentatietaal

das vokabular wird gemischt...
sorteren in willekeurige volgorde...

indexierung mit verbindlichem vokabular
indexering met standaarddescriptoren

vokabular von ausschreibungen wird angeglichen
ontwikkelingssamenwerking werking partnerschap

das vokabular ist manchmal idiomatisch.
zijn woordenschat is soms idiomatisch.

gemeinsames vokabular für öffentliche aufträge
gemeenschappelijke woordenlijst overheidsopdrachten

startet eine karteikartensitzung mit dem aktiven vokabular
starten van een kaarten-sessie met de huidige lijst

gemeinsames vokabular für öffentliche aufträge (cpv)
de gemeenschappelijke woordenlijst overheidsopdrachten (cpv)

bibliographien und information über die eg-politik vokabular
informatie over 800 verschillende databanken onderzoek over aangelegenheden met betrekking tot de integratie van de eg terminologie nomenclatuur bibliografie en informatie over eg-beleid woordenlijst

das zeigt sich auch noch im vokabular einschlägiger schriftstücke.
dat blijkt ook nog in het termgebruik van documenten terzake.

über das gemeinsame vokabular für öffentliche aufträge (cpv)
betreffende de gemeenschappelijke woordenlijst overheidsopdrachten (cpv)

gemeinsames vokabular für öffentliche aufträge (cpv-verordnung)
gemeenschappelijke woordenlijst overheidsopdrachten (cpv-verordening)

das vokabular ist idiomatisch, nuanciert und auf das register abgestimmt.
de woordenschat is idiomatisch, genuanceerd en registergevoelig.

klassifizierung nach dem gemeinsamen vokabular für öffentliche aufträge (cpv);
cpv-classificatie (common procurement vocabulary - gemeenschappelijke woordenlijst overheidsopdrachten);