Results for ongehuwd samenwonend translation from Dutch to English

ongehuwd samenwonend
unmarried cohabitingh

ongehuwd
single

ongehuwd.
ongehuwd.

ongehuwd samenwonen
non-marital cohabitation

weinig lidstaten hebben specifieke regels vastgesteld over rechterlijke bevoegdheid inzake de vermogensrechtelijke gevolgen van het ongehuwd samenwonen.
few member states have adopted specific rules of jurisdiction as regards property consequences for unmarried couples.

ook partners, van hetzelfde of het andere geslacht, die ongehuwd samenwonen, kunnen tegenwoordig een gezin vormen.
nowadays, a family may also mean partners living together unmarried of the same or of different sex.

in tegenstelling tot de publieke verbintenis van het huwelijk is ‘ongehuwd samenwonen’ wezenlijk een private overeenkomst tussen twee individuen.
in contrast to the public commitment of marriage, cohabitation is essentially a private agreement between two individuals.

(facultatief) feitelijke samenlevingsvorm: samenwonend (van ongehuwde partners); niet-samenwonend;
(optional) de facto marital status: person living in a consensual union (between unmarried partners); person not living in a consensual union,

daarom is het eigenlijk belachelijk dat we vandaag nog bespreken onder welke omstandigheden een dergelijk verblijf kan worden toegestaan en voor hoe lang, en wat daarbij de rechten zijn van partners van gelijk geslacht of van ongehuwd samenwonenden met een andere nationaliteit.
it is therefore quite ridiculous that we are today still discussing the circumstances under which such stays can be permitted and for how long, and what the rights of same-sex partners or unmarried cohabitees of a different nationality are.

wij hebben ook twijfels over de definitie van de term gezinslid. wij vinden dat zij uitgebreid moet worden met echtgenoot/echtgenote, geregistreerde partner of ongehuwd samenwonende partner, ongeacht sekse.
we are also doubtful about the definition of ‘family member’, which should be broadened to include spouse, registered partner or unmarried cohabiting partner, regardless of gender.

het comité constateert dat er tot op heden in eg-verband onvoldoende aandacht aan gezinnen in het algemeen en die van ongehuwd samenwonenden in het bijzonder werd geschonken, terwijl toch laatstgenoemde categorie in de meeste lidstaten sterk vertegenwoordigd is en veel kinderen vandaag de dag ongehuwde ouders hebben5.
the committee notes in this respect that insufficient attention has thus far been paid at community level to the concept of families in general and de facto or "natural" families in particular, despite the fact that the latter are an important fact of life in most member states and that an increasing number of children are today born to unmarried parents5.

samenwonen
cohabitation