Results for noemen translation from Dutch to French

noemen
citer

zich noemen
se nommer

te noemen valt:
il convient de mentionner :

"vervreemding" noemen.
on peut qualifier cette tendance de "désaffection".

hierna te noemen
ci-après dénommé

ze noemen me bob.
ils m'appellent bob.

hierna te noemen :
ci-après dénommés :

hierna ook te noemen
ci-après également dénommé(e)(s)

dat noemen we bedriegerij.
cela s' appelle une tromperie.

we noemen 2 instrumenten :
nous mentionnerons 2 instruments :

ik wil drie punten noemen.
ma question serait donc la suivante.

we kunnen bijvoorbeeld noemen :
les systèmes automatisés 1.

dat noemen wij eco-design.
c'est l'éco-design.

hierna "ijsland" te noemen,
ci-après dénommée «islande»,

mensen noemen dat: “vogeltrek”.
les hommes appellent cela:«les migrations».

(hierna "korea" te noemen),
ci-après dénommé «la corée»,

gaan we alle verkiezingen historisch noemen?
allons-nous appeler chaque élection un moment historique ?

deze repressie kunnen wij ontkenning noemen.
cette répression, nous pouvons l'appeler refus.

hierna "overeenkomstsluitende partijen" te noemen,
ci-après dénommées «parties contractantes»,

hierna te noemen "argentinië", anderzijds,
ci-après dénommé «argentine», d'autre part,