Sie suchten nach: lebendgeborenen (Deutsch - Holländisch)

säuglingssterblichkeit pro tausend lebendgeborenen (1995)
kindersterfte per 1.000 levend geboren kinderen (1995)

fetaler distress vor einsetzen der wehen beim lebendgeborenen
foetale nood voor begin van bevalling, bij levendgeborende

anzahl der lebendgeborenen in einem bestimmten jahr χ 1000 gesamtbevölkerung
aantal levendgeborenen in een bepaald laar χ 1.000 totale bevolking

fetaler distress erstmals bemerkt waehrend der wehen beim lebendgeborenen
foetale nood, eerst opgemerkt tijdens bevalling, bij levendgeborene

1996 scheidungen je 1 000 personen 1996 nichteheliche lebendgeborene in % aller lebendgeborenen
1996 buitenechtelijke levendgeborenen (% alle levend­geborenen)

außereheliche geburten in einem bestimmten jahr χ 1000 anzahl der lebendgeborenen im selben jahr
geboorten bulten huwelllk in een bepaald laar χ 1.000 aantal levendgeborenen in een bepaald jaar

säuglingssterblichkeit: zahl der im ersten lebensjahr gestorbenen kinder im verhältnis zu den lebendgeborenen. borenen.
kindersterfte: sterfte onder kinderen van minder dan één jaar.

allerdings ergab eine reproduktionsstudie beim hund mit dem dreifachen der empfohlenen therapeutischen dosierung eine signifikante verringerung des anteils an lebendgeborenen welpen.
echter, bij een onderzoek naar de toxiciteit voor de voortplanting bij honden is bij drie maal de therapeutische dosering een significante reductie van het percentage levende pups aangetoond.

in schweden, norwegen und däne­mark haben 54 %, 49 % bzw. 46 % aller lebendgeborenen kinder unverheiratete mütter.
in zweden wordt 54% van de pasgeborenen buiten het huwelijk geboren; dezelfde cijfers vinden we terug in noorwegen (49%) en denemarken (46%).

die anzahl der lebendgeborenen kinder von frauen, die nach der randomisierung schwanger wurden, lag bei 50 (83 %) für levemir und 55 (89 %) für nph.
het aantal levend geboren kinderen bij vrouwen die zwanger werden na randomisatie was 50 (83%) voor levemir en 55 (89%) voor nph.