Sie suchten nach: phosphatpuffer (Deutsch - Holländisch)

phosphatpuffer
fosfaatbuffer

laktose phosphatpuffer chloridpuffer
lactose fosfaatbuffer chloridebuffer

gelatine, sorbitol, phosphatpuffer
gelatine, sorbitol, fosfaatbuffers.

lyophilisat: gelatine sorbitol phosphatpuffer
lyofilisaat: gelatine sorbitol fosfaatbuffers

silikonentschäumer phosphatpuffer glycinpuffer aluminiumhydroxid saponin
silicon antischuim fosfaat buffer glycine buffer aluminium hydroxide saponine

aluminiumhydroxid gereinigtes saponin silikonentschäumer phosphatpuffer glycinpuffer
aluminium hydroxide gezuiverd saponine silicon antischuim fosfaat buffer glycine buffer

phosphatpuffer, spuren von thiomersal, spuren von formaldehyd
fosfaatbuffer, sporen van thiomersal, sporen van formaldehyde.

n suspensionen gemischt werden, da wechselwirkungen zwischen dem phosphatpuffer und dem zink in der suspension möglich sind, die den zeitlichen ablauf der insulinwirkung auf unvorhersehbare art
d zinkinsulinesuspensies, daar de fosfaatbuffer een interactie kan aangaan met het zink in de suspensie

als negative kontrolle behandelt man die zellen mit normal schweineserum (verdünnung 1 : 10) und mit einfachem phosphatpuffer medium.
als negatieve controles worden cellen gekozen, die met een normaal varkensserum (verdunning 1 : 10) en met alleen pbs zijn behandeld.

nach zwei erneuten waschungen zu 5 minuten in phosphatpuffer lösung werden die zellen für die mikroskopische prüfung mit karbonat-bikarbonat-gepuffertem glycerin bei ph 8 hergerichtet.
nadat opnieuw tweemaal gedurende 5 minuten in pbs is gespoeld, worden de cellen voor mikroskopisch onderzoek in glycerol, die (met carbonaat-bicarbonaat) tot ph 8 is gebufferd, ingesloten.

velosulin darf nicht mit insulin-zink- suspensionen gemischt werden, da wechselwirkungen zwischen dem phosphatpuffer und dem zink in der suspension möglich sind, die den zeitlichen ablauf der insulinwirkung auf unvorhersehbare art ändern.
velosulin mag niet worden gemengd met zinkinsulinesuspensies, daar de fosfaatbuffer een interactie kan aangaan met het zink in de suspensie en het tijdstip waarop de werking van de insuline intreedt, op onvoorspelbare wijze kan veranderen.

jedes dieser beiden antigene kann in doppeldiffusionstests mit 1 % agarose oder agargels mit 8,0 % natriumchlorid, auf 0,1 m phosphatpuffer mit einem ph-wert von 7,2 gebracht, verwendet werden.
deze twee antigenen kunnen zonder onderscheid worden gebruikt bij de dubbele immunodiffusietest, met gebruikmaking van 1 % agarose (of agar)-gel die 8,0 % natriumchloride bevat en waarvan de ph op 7,2 is gebracht met 0,1 m fosfaatbuffer.