Sie suchten nach: wbc (Holländisch - Dänisch)

wbc abnormaal
unormale hvide blodlegemer

wbc abnormaal nao
unormale hvide blodlegemer

wbc ≤ institutioneel uln, plaatjes 0%–35%).
wbc ≤ institutionel uln, trombocytter 0% – 35%).

de cystinespiegels van witte bloedcellen (wbc) moeten dan ook worden gecontroleerd om de dosering aan te passen.
cystinniveauet i de hvide blodlegemer (hb) bør derfor overvåges for at kunne bestemme den nødvendige dosering.

onbekend is of de waargenomen veranderingen van het aantal wbc of eosinofielen, hoewel klinisch niet van betekenis, al dan niet het gevolg zijn van een tijdelijk effect op het functioneren van de wbc.
det vides ikke om de observerede forskelle i leukocyttal eller eosinofiltal, skønt uden klinisk betydning, skyldes en forbigående virkning på leukocytfunktionen.

wbc ≤ institutionele uln, anc ≥ 1.000/mm3, trombocyten ≥ 100.000/mm3, geen blasten of promyelocyten in het perifere bloed, beenmergblasten ≤ 5%, < 5% myelocyten plus metamyelocyten in het perifere bloed, < 20% basofielen in het perifere bloed en geen extramedullaire activiteit.
wbc ≤ institutionens uln, anc ≥ 1. 000/ mm3, trombocytter ≥ 100. 000/ mm3, ingen blaster eller promyelocytter i perifert blod, knoglemarvsblaster ≤ 5%, < 5% myelocytter plus metamyelocytter i perifert blod, basofilocytter i perifert blod < 20% og ingen ekstramedullær involvering.