Sie suchten nach: mentono (Italienisch - Holländisch)

mentono.
- ze liegen.

mentono !
(men glimlacht)

non mentono.
dat doen ze niet.

beh, mentono.
nou, ze liegen.

mentono, sa?
- ze liegen, weet je.

- no, mentono.
ze liegen.

tutti mentono.
iedereen liegt.

mentono, abbelliscono.
ze liegen, ze verfraaien.

- mentono tutti.
ze liegen allemaal.

- quindi mentono?
wat zijn ze liegen?

i clienti mentono.
cliënten liegen.

beh, mentono tutti.
ze liegen allemaal.

- i demoni mentono.
demonen liegen. - sommigen.

- le fiamme mentono!
-de vlammen logen.

mentono sulla marijuana.
ze liegen over marihuana.

le persone mentono, aria.
mensen liegen, aria.

perche' tutti mentono.
iedereen liegt.

- signora, tutti mentono.
mevrouw, iedereen liegt.

- tutti mentono, ricordi?
weet je nog?

gli adulti mentono sempre.
volwassenen liegen altijd.