Usted buscó: lautlos (Alemán - Neerlandés)

lautlos
zwijgend

„ lautlos“
dempen aan/uit

asbest tötet lautlos und unsichtbar.
asbest is een geruisloos en onzichtbaar moordwapen.

er kroch lautlos dahin, streifte kein blatt und verrückte kein steinchen; es war ein gleitender schatten.
hij maakte geen gedruisch onder het kruipen, hij kreukte geen blaadje, hij verschoof geen steentje. het was een voortglijdende schaduw.

hier ist zu sagen, daß der beitrag der griechischen präsidentschaft bedeutsam, häufig lautlos stets aber effizient gewesen ist.
houdt dit verband met de politiek die ik zojuist vermeldde?

das alltägliche unglück, die katastrophe eines jeden tages erreicht uns kaum, wir erfahren fast nie davon, sie ist lautlos.
het dagelijks noodlot, dat velen dagelijks treft, daarvan komen wij nauwelijks iets te weten, het voltrekt zich in stilte.

die straßen wurden farbig belebt durch die gruppen der afrikanischen delegierten und die regenkleidung von tausenden von radfahrern, die lautlos im regen dahinglitten, sowie durch das rot, grün und gelb der paläste und tempel.
de straten waren kleurrijk door de afrikaanse afgevaardigden die daar paradeer­den en door de was van duizenden fietsers die stilletjes in de regen voortreden, en ook door het rood, het groen en het geel van de palei­zen en de tempels.

outbreak – lautlose killer
outbreak