Usted buscó: temps partiel (Francés - Neerlandés)

temps partiel
deeltijdse arbeid

temps partiel.
dan de helft verricht betaald werk, ten minste deeltijds.

temps partiel :
deeltijdsen :

■ temps partiel
,—. ■ deeltijd α voltijdarbeid

à temps partiel
met deeltijdse dagtaak

temps partiel (bloc).
deeltijd (aaneengesloten)

i η temps partiel
voltijd

temps partiel volontaire.
vrijwillige deeltijdse arbeid.

b - a temps partiel
Β - gedeeltelijke dagtaak

médecin (temps partiel)
geneesheer (deeltijds)

mbo – bol (temps partiel)
mbo – bol (deeltijd)

travail à temps partiel
deeltijdarbeid

occupées à temps partiel.
verre van een industriële aquacultuut dus.

droit au temps partiel;
recht op deeltijdse arbeid;

travail à temps partiel : .
deeltijds werk : . "the council for the status of women" sprak zijn tevredenheid uit naar aanleiding van de goedkeuring van het wetsontwerp inzake het deeltijds werk.

plein temps temps partiel
voltijd deeltijd

l'emploi à temps partiel;
deeltijdse tewerkstelling;

temps plein puis temps partiel.
eerst voltijd, vervolgens deeltijd

indépendant plein temps temps partiel
zelfslandii handelaar op deeltijd­ basis

indépendant indépendant plein temps temps partiel
zelfstandig handelaar op voltijdse hasis