Usted buscó: mri contrast (Inglés - Neerlandés)

mri
mri

mri pelvis w/contrast material
bekken mri

paramagnetic mri contrast medium, atc code:
farmacotherapeutische categorie: paramagnetisch mri contrastmiddel, atc-code:

pharmacotherapeutic group: mri contrast media, atc code: v08ca06
farmacotherapeutische categorie: contrastmiddelen voor mri, atc-code: v08ca06

mri contrast medium intravenous infusion read the package leaflet before use.
mri contrastmiddel voor intraveneuze infusie voor gebruik de bijsluiter lezen.

some of these lesions may be seen on unenhanced, non-contrast mri.
sommige van deze laesies kunnen zichtbaar zijn op niet versterkte mri-opnamen zonder contrastmiddel.

contrast enhancement in cranial and spinal magnetic resonance imaging (mri).
contrastversterking bij craniale en spinale kernspinresonantie (mri).

the purpose of an mri contrast agent is to induce signal intensity changes within the lesion thereby facilitating its recognition from the surrounding normal structures.
het doel van een contrastmiddel voor mri is het induceren van wijzigingen in de intensiteit van het signaal in de laesie, zodat deze gemakkelijker kan worden onderscheiden van de omringende structuren.

diagnostic procedures involving the use of mri contrast agents should be carried out under the supervision of a physician with the prerequisite training and a thorough knowledge of the procedure to be performed.
diagnostische procedures waarbij mri contraststoffen worden gebruikt, dienen te worden uitgevoerd onder supervisie van een daartoe opgeleide arts met een grondige kennis van de uit te voeren procedure.

gadolinium containing mri contrast agents (gadolinium-based chelates) are designed to act indirectly on the local magnetic environment by altering proton t1 (spin-lattice) and t2 (spin-spin) relaxation times and at the usual concentration of 100 micromol/ kg, the t1 shortening predominates, and the t2 shortening is not significant using t1-weighted sequences.
bij de gebruikelijke concentratie van 100 micromol/kg predomineert de bekorting van t1 en is de bekorting van t2 niet significant bij gebruik van t1-gewogen sequenties.