Vous avez cherché: attaché à la vérité (Français - Néerlandais)

la vérité
waarheid

la vérité ?
de waarheid?

-- la vérité.
--„de waarheid, mijn waarde! de engel was een duivelin.

voilà la vérité.
dat is de waarheid.

voilà la vérité!
wij steunen het van harte.

c'est la vérité.
dat is de waarheid.

-- la vérité entière?
"de volle waarheid?"

commission de la vérité
waarheidscommissie

il connaît la vérité.
hij kent de waarheid.

quelle est la vérité ?
wat is de waarheid?

la vérité, elle existe!
helaas, hij vond de dood...

dites-nous la vérité!
vertelt u ons de waarheid!

il faut rétablir la vérité.
laten we dat wel even goed stellen.

la vérité concernant les mégapixels
hoe het nu echt zit met megapixels

la vérité est toute simple.
naar de steden trekken en krijgen de steden met enorme problemen te kampen.

théorie de la vérité-correspondance
correspondentietheorie

j'aimerais rétablir la vérité.
ik zou dat graag recht willen zetten.

la vérité est pourtant tout autre.
dit is niet het geval.

«la vérité, john? demanda froidement glenarvan.
"de waarheid, john?" vroeg glenarvan bedaard.

je te propose d'attacher la petite carte à la page
ik stel voor dat je de kleine kaart aan de pagina koppelt