Vous avez cherché: buisspanning (Néerlandais - Anglais)

buisspanning
tube voltage

buisspanning (kv)
tube voltage (kv)

buisspanning radiografie
radiographic tube voltage

buisspanning-instellingsbereik
tube voltage setting range

buisspanning fluoroscopie (10%)
fluoroscopic tube voltage (10%)

radiografische buisspanning ( 10%) :
radiografisch tube voltage ( 10%) :

nominale maximale buisspanning
nominal maximum tube voltage

buisspanning (korte-tijdsklasse)
tube voltage (short time rating)

1,2 mm <PROTECTED> (buisspanning 70 kv)
1.2 mm <PROTECTED> (tube voltage 70 kv)

instelbereik buisspanning voor gepulseerde fluoroscopie
setting range of the tube voltage for pulsed fluoroscopy

ca. 1.1 mm <PROTECTED> (buisspanning 75 kv)
approx. 1.1 mm <PROTECTED> (tube voltage 75 kv)

de doel buisspanning kan hier worden ingesteld.
the target tube voltage can be set here.

0,18 tot 0,22 mm <PROTECTED> (buisspanning: 70 kv)
0.18 to 0.22 mm <PROTECTED> (tube voltage: 70 kv)

straalverhardingsfilter (aluminium equivalent = waarde bij buisspanning van 70 kv)
beam hardening filter (aluminum equivalent = value at a tube voltage of 70 kv)

roosterspanning die onderbreking van de buisspanning veroorzaakt (kleine focus)
grid voltage that causes tube current interruption (small focus)

het exposietempo (de exposiesnelheid) hangt in aanzienlijke mate af van de buisspanning
the exposure rate depends to a considerable extent on the tube voltage

stel de buisspanning en buisstroom in op de waarden die het meest worden gebruikt bij routinebewerkingen.
set the tube voltage and tube current to the most commonly used values in routine operation.

instelling is niet vereist, omdat de waarde automatisch wordt bepaald op basis van de instellingen voor buisspanning, buisstroom en belichtingstijd.
setting is not required because the value is determined automatically based on the tube-voltage, tube-current, and exposure-time settings.

de fluoroscopische condities, bijvoorbeeld de buisspanning en buisstroom, worden automatisch zodanig aangepast dat de helderheid van het fluoroscopische beeld stabiel blijft.
the fluoroscopic conditions, such as the tube voltage and tube current, are automatically adjusted to achieve stable brightness in the fluoroscopic image.

het interval tussen het moment dat de buisspanning is gestegen tot 75% van de piekwaarde en het moment dat de buisspanning is gedaald tot 75% van de piekwaarde moet worden gemeten.
the interval between the point when the tube voltage rises to 75% of the peak value and the point when the tube voltage falls to 75% of the peak value must be measured.