You searched for: toeschrijven (Holländska - Arabiska)

heilig is allah boven wat zij toeschrijven .
« سبحان الله » تنزيها له « عما يصفون » بأن لله ولدا .

en die geene makkers aan hunnen heer toeschrijven .
« والذين هم بربهم لا يشركون » معه غيره .

god zij geprezen , verheven als hij is boven wat zij toeschrijven --
« سبحان الله » تنزيها له « عما يصفون » بأن لله ولدا .

heilig is jouw heer , de heer van de almacht , boven wat zij toeschrijven .
« سبحان ربك رب العزة » الغلبة « عما يصفون » بأن له ولدا .

weer het slechte af met het beste . wij weten het beste wat zij toeschrijven .
« أدفع بالتي هي أحسن » أي الخصلة من الصفح والإعراض عنهم « السيئة » أذاهم إياك وهذا قبل الأمر بالقتال « نحن أعلم بما يصفون » يكذبون ويقولون فنجازيهم عليه .

gezag heeft hij over hen die hem als beschermheer nemen en die hem metgezellen toeschrijven .
« إنما سلطانه على الذين يتولوْنه » بطاعته « والذين هم به » أي الله « مشركون » .

geprezen zij jouw heer , de heer van de macht , verheven als hij is boven wat zij toeschrijven .
« سبحان ربك رب العزة » الغلبة « عما يصفون » بأن له ولدا .

de kenner van het verborgene en het waarneembare ; ver verheven is hij boven wat zij aan hem als metgezellen toeschrijven !
« عالم الغيب والشهادة » ما غاب وما شوهد بالجر صفة والرفع خبر هو مقدرا « فتعالى » تعظم « عما يشركونـ » ـه معه .

geprezen zij de heer van de hemelen en de aarde , de heer van de troon , en verheven is hij boven wat zij toeschrijven . "
« سبحان رب السماوات والأرض رب العرش » الكرسي « عما يصفون » يقولون من الكذب بنسبة الولد إليه .

heilig is de heer van de hemelen en de aarde , de heer van de troon , boven wat zij ( hem ) toeschrijven .
« سبحان رب السماوات والأرض رب العرش » الكرسي « عما يصفون » يقولون من الكذب بنسبة الولد إليه .

hij kent wat verborgen en wat openbaar gemaakt is ; het zij dus verre van hem , de deelgenooten in zijne eer te hebben welke zij hem toeschrijven !
« عالم الغيب والشهادة » ما غاب وما شوهد بالجر صفة والرفع خبر هو مقدرا « فتعالى » تعظم « عما يشركونـ » ـه معه .

maar als aan een van hen het bericht wordt gebracht der geboorte van een kind dier kunne , welke zij den barmhartige als hem gelijk toeschrijven , dan wordt zijn aangezicht zwart en hij is met spijt vervuld .
« وإذا بشر أحدهم بما ضرب للرحمن مثلا » جعل له شبهاً بنسبة البنات إليه لأن الولد يشبه الوالد ، المعنى إذا أخبر أحدهم بالبنت تولد له « ظل » صار « وجهه مسودا » متغيراً تغير مغتم « وهو كظيم » ممتلئ غما فكيف ينسب البنات إليه ؟ تعالى عن ذلك .

en wanneer een van hen het verheugende bericht wordt gegeven over wat zij de erbarmer toeschrijven ( een dochter ) , dan betrekt zijn gezicht en is hij verbitterd .
« وإذا بشر أحدهم بما ضرب للرحمن مثلا » جعل له شبهاً بنسبة البنات إليه لأن الولد يشبه الوالد ، المعنى إذا أخبر أحدهم بالبنت تولد له « ظل » صار « وجهه مسودا » متغيراً تغير مغتم « وهو كظيم » ممتلئ غما فكيف ينسب البنات إليه ؟ تعالى عن ذلك .

maar zij hebben de djinn tot metgezellen van god gemaakt , terwijl hij hen geschapen heeft en zij hebben hem zonen en dochters toegedicht , zonder enige kennis . hij zij geprezen en hij is verheven boven wat zij toeschrijven .
« وجعلوا لله » مفعول ثان « شركاءَ » مفعول أول ويبدل منه « الجنَّ » حيث أطاعوهم في عبادة الأوثان « و » قد « خلقهم » فكيف يكونون شركاء « وخرَقوا » بالتخفيف والتشديد أي اختلقوا « له بنين وبنات بغير علم » حيث قالوا عزيز ابن الله والملائكة بنات الله « سبحانه » تنزيها له « وتعالى عما يصفون » بأن له ولدا .

en gedurende de afwezigheid des volks ging hij in den tempel , waar de afgodsbeelden stonden , en hij brak die allen in stukken , behalve het grootste , opdat zij dit de schuld zouden toeschrijven van hetgeen er gebeurd was .
« فجعلهم » بعد ذهابهم إلى مجتمعهم في يوم عيد لهم « جُذاذاً » بضم الجيم وكسرها : فتاتاً بفأس « إلا كبيراً لهم » علق الفأس في عنقه « لعلهم إليه » أي إلى الكبير « يرجعون » فيرون ما فعل بغيره .

als er andere goden dan allah in zouden zijn , dan zou zij ( de hemelen en de aarde ) zeker vergaan : maar heilig is allah , heer van de troon , boven wat zij hem toeschrijven !
« لو كان فيهما » أي السماوات والأرض « آلهة إلا الله » أي غيره « لفسدتا » أي خرجتا عن نظامهما المشاهد ، لوجود التمانع بينهم على وفق العادة عند تعدد الحاكم من التمانع في الشيء وعدم الاتفاق عليه « فسبحان » تنزيه « الله رب » خالق « العرش » الكرسي « عما يصفون » الكفار الله به من الشريك له وغيره .