You searched for: laboratoriumafwijkingen (Holländska - Danska)

laboratoriumafwijkingen
18 laboratorieanomalier

laboratoriumafwijkingen:
unormale laboratorieprøver:

graad 3-4 laboratoriumafwijkingen
laboratorieabnormaliteter, grad 3- 4

incidentie van laboratoriumafwijkingen (alle patiënten) in tt01 en tt02
incidens af anormale laboratorieværdier (alle patienter) i tt01 og tt02

ctc graad 3/ 4 hematologische laboratoriumafwijkingen in klinische onderzoeken
hæmatologiske laboratorieabnormaliteter af ctc- grad 3/ 4 i kliniske forsøg

7 laboratoriumafwijkingen verdwenen zonder behandeling na het stopzetten van de onderzoeksmedicatie.
alle symptomer og laboratorieabnormaliteter blev afhjulpet uden behandling efter seponering af forsøgsmedicinen.

alle symptomen en laboratoriumafwijkingen verdwenen zonder behandeling na het stopzetten van de onderzoeksmedicatie.
alle symptomer og laboratorieabnormaliteter blev afhjulpet uden behandling efter seponering af forsøgsmedicinen.

alle symptomen en laboratoriumafwijkingen verdwenen zonder dat behandeling noodzakelijk was na het stopzetten van de onderzoeksmedicatie.
alle symptomer og laboratorieabnormaliteter blev afhjulpet uden behandling efter seponering af forsøgsmedicinen.

voor de bijwerkingen en de laboratoriumafwijkingen die hieronder staan vermeld, zijn geen correcties voor de blootstelling toegepast.
bivirkningerne og laboratorieabnormaliteterne, der er anført nedenfor, er ikke justeret med hensyn til eksponering.

laboratoriumafwijkingen indicatief voor lever- of nierdisfunctie, een verstoord hematologisch systeem, hypocalciëmie of hypofosfatemie.
laboratoriefund i det pivotale 3- års studie med oral ibandronsyre 2, 5 mg daglig (mf 4411) var der ingen forskel i forhold til placebo for abnorme laboratoriefund med hensyn til lever – eller nyredysfunktion, svækket hæmatologisk system, hypocalcæmi eller hypophosphatæmi.

bij proefpersonen die met isentress werden behandeld werden voor het creatine kinase laboratoriumafwijkingen graad 2-4 waargenomen.
der blev observeret abnorme laboratorieværdier for kreatinkinase, grad 2- 4, hos forsøgspersoner, der blev behandlet med isentress.

dit overzicht bevat tevens geconstateerde laboratoriumafwijkingen na gebruik van saquinavir zachte capsules in combinatie met ritonavir (na 48 weken).
listen inkluderer også ændrede laboratorieværdier, der blev observeret efter kombination af saquinavir bløde kapsler og ritonavir (ved 48 uger).

de volgende aanvullende laboratoriumafwijkingen zijn gemeld sinds de introductie; ze zijn verkregen uit spontane meldingen op basis waarvan de exacte incidentie niet kan worden vastgesteld:
følgende yderligere laboratorieabnormiteter er rapporteret efter markedsføring; disse stammer fra spontane rapporter for hvilke præcis hyppighedsforekomst ikke kan fastsættes:

de gemelde klinische en laboratoriumafwijkingen bij alle met cancidas behandelde volwassen patiënten (totaal 989) waren over het algemeen licht en maakten zelden stopzetting noodzakelijk.
19 indberettede kliniske og laboratoriemæssige abnormaliteter, blandt voksne patienter, der er behandlet med cancidas (i alt 989), var sædvanligvis milde og krævede sjældent seponering.

graad 3 & 4 laboratoriumafwijkingen onder patiënten op fuzeon + ob en ob therapie alleen aangepaste blootstelling, gemeld bij meer dan 2 patiënten met bijwerking per 100 patiënt-jaren
100 patientår

klinisch significante laboratoriumafwijkingen die frequent (≥ 5%) voorkwamen omvatten een verhoogde alkalische fosfatase, ast en bilirubine die, naar men denkt, verband houden met de onderliggende ziekte en niet met caelyx.
klinisk betydende laboratorieabnormaliteter forekom hyppigt (≥ 5%) omfattende forøgelse af alkalisk fosfatase, ast og bilirubin, der mentes at være forbundet med den tilgrundliggende sygdom og ikke med caelyx.

7 tabel 1 (bijwerkingen en laboratoriumafwijkingen met incidentiecijfers ≥ 10% en de bijbehorende percentages van placebo; significant gerelateerde bijwerkingen < 10%).
tabel 1 (bivirkninger og uregelmæssigheder i laboratorieresultater med hyppigheder ≥ 10% og de respektive procentdele under placebo; signifikant associerede bivirkninger < 10%).