You searched for: bloedviscositeit (Holländska - Engelska)

bloedviscositeit
blood viscosity

bloedviscositeit verlaagd
blood viscosity decreased

ziekten die de bloedviscositeit verhogen
diseases which increase blood viscosity

weefselperfusie door een verhoogde bloedviscositeit).
23 effect (decreased tissue perfusion due to increased blood viscosity).

deze worden waarschijnlijk veroorzaakt door een relatieve toename van de bloedviscositeit door de hoge instroom van immunoglobuline.
there is clinical evidence of an association between ivig administration and thromboembolic events such as myocardial infarction, stroke, pulmonary embolism and deep vein thrombosis which is assumed to be related to a relative increase in blood viscosity through the high influx of immunoglobulin.

deze worden waarschijnlijk veroorzaakt door een relatieve toename van de bloedviscositeit door de hoge instroom van immunoglobuline bij risicopatiënten.
there is clinical evidence of an association between ivig administration and thromboembolic events such as myocardial infarction, stroke, pulmonary embolism and deep vein thromboses which is assumed to be related to a relative increase in blood viscosity through the high influx of immunoglobulin in at-risk patients.

beoordeling van de bloedviscositeit bij patiënten die risico lopen op hyperviscositeit; vermijden van co-medicatie met lisdiuretica.
assessment of blood vicosity in patients at risk for hyperviscosity avoidance of concomitant use of loop diuretics.

werden alle beschouwd als zijnde gerelateerd aan een toegenomen farmacologisch effect (gedaalde weefselperfusie door een verhoogde bloedviscositeit).
107 effect (decreased tissue perfusion due to increased blood viscosity).

bijwerkingen bij zeer hoge doses werden alle beschouwd als zijnde gerelateerd aan een toegenomen farmacologisch effect (gedaalde weefselperfusie door een verhoogde bloedviscositeit).
215 effect (decreased tissue perfusion due to increased blood viscosity).

er moet dan ook voorzichtigheid worden betracht bij het voorschrijven en infunderen van ivig bij patiënten met overgewicht en patiënten met reeds aanwezige risicofactoren voor trombotische incidenten zoals hoge leeftijd, hoge bloeddruk, diabetes mellitus en een voorgeschiedenis van vaatziekten of trombotische aanvallen, patiënten met verworven of erfelijke ziekten met verhoogde stollingsneiging, patiënten met langdurige perioden van immobilisatie, ernstig hypovolemische patiënten en patiënten met ziekten die de bloedviscositeit verhogen.
caution should be exercised in prescribing and infusing ivig in obese patients and in patients with pre-existing risk factors for thrombotic events (such as advanced age, hypertension, diabetes mellitus and a history of vascular disease or thrombotic episodes, patients with acquired or inherited thrombophilic disorders, patients with prolonged periods of immobilisation, severely hypovolemic patients, and patients with diseases which increase blood viscosity).