You searched for: schrik (Holländska - Esperanto)

schrik
timo

schrik...
- pro timo.

heb geen schrik.
ne timu.

heb je schrik?
Ĉu vi timas?

ik schrik me rot!
ho mia dio!

maar ik had geen schrik.
sed mi ne timis.

ik heb schrik van honden.
mi timas hundojn.

hebt ge schrik van griezelfilms?
Ĉu vi timas hororfilmojn?

dat zal goed gaan, geen schrik!
glatos, ne timu!

hij had schrik voor zijn vrouw.
li timis sian edzinon.

hij heeft schrik om te sterven.
li timas la morton.

ik weet het niet meer... ik heb schrik...
mi ne plu scias... - pro timo...

duisternis jaagt veel kinderen schrik aan.
malhelo kaŭzas timon al multaj infanoj.

als je oud bent schrik je nergens meer van.
la bono de maljunuleco estas ke oni ne surpriziĝas tiom ofte.

men behandelde hem goed, maar toch had hij schrik.
oni traktis lin bone, tamen li timis.

de bevoorrechten hebben veel schrik van het gelijkheidsprincipe .
la principon de la egaleco multe timas la privilegiitoj.

geef me een hand. ik heb schrik in het donker.
tenu mian manon, mi timegas la mallumon.

ze had schrik om rusttijd te vragen aan haar baas.
Ŝi timis peti por ripoztempo de sia estro.

ik heb schrik dat ik dat niet op tijd zal af krijgen.
mi angoras, ke mi ne povos plenumi tion ĝustatempe.

ik heb schrik van de kou, maar hitte verdraag ik niet.
mi timas la malvarmon, sed varmegon mi ne elportas.