You searched for: ficcanaso (Italienska - Holländska)

ficcanaso.
bemoeiziek...

- ficcanaso.
- mr.

ehi, ficcanaso.
hé, rubbernek.

sei un ficcanaso
waarom ben jij zo nieuwsgierig?

brutto ficcanaso.
jij kleine bemoeial.

piccola ficcanaso!
kleine moeial.

e' un ficcanaso.
hij is zo nieuwsgierig.

"una gran ficcanaso?"
- kierewiet?

detesto i ficcanaso.
ik heb 'n hekel aan bemoeiallen.

ficcanaso o scrittore?
speurder of schrijver ?

- non fare la ficcanaso.
wees niet zo nieuwsgierig.

- non fare la ficcanaso !
gewoon...

un po' ficcanaso, no?
nogal bemoeiziek, hè?

- sta' zitto, ficcanaso.
kop dicht, je maakt herrie.

ballista di un ficcanaso.
stomme bleekscheet.

oh, un vicino ficcanaso.
-een nieuwsgierige buur.

- la ficcanaso del luogo.
de bemoeial van het meer.

e' stato quel ficcanaso!
dat was de snuffelaar!

perche' sei cosi' ficcanaso?
waarom ben je zo nieuwsgierig?

magari john è un ficcanaso.
john kan er wel 's een zijn.