You searched for: suoni (Italienska - Holländska)

suoni
geluiden

suoni.
speel.

suoni?
piepen?

- suoni?
-speel je ook?

ora suoni.
speel nu maar.

cosa suoni?
wat speel je?

- bei suoni.
mooie geluiden.

- dove suoni?
waar heb je gespeeld?

suoni? - si.
maar hij mag geen water op z'n hoofd om uit de hel te blijven?

- suoni? - sì.
- bent u musicienne?

suoni avvolgenti
overal geluid

suoni ancora.
je speelt nog steeds.

directx - suoni
directx sound

- suoni benissimo.
je kunt er wat van.

(suoni distorti)
heb ik 't niet gezegd?

- esatto! suoni!
wat ben je veranderd door dit leven.

sentirai due suoni.
je hoort twee geluiden.

domani suoni, ok?
morgen speel je mee, goed?

- suoni piuttosto bene!
klein deuntje, wat ik nooit heb afgemaakt.

suoni cardiaci regolari.
hart klinkt goed.