You searched for: muth (Tyska - Holländska)

– muth also!« rief wilson.
"moed gehouden!" sprak wilson.

lord glenarvan fühlte nicht den muth dazu.
lord glenarvan had er den moed niet toe.

sollte er diesen furchtbaren muth wirklich haben?
zou hij dien ijselijken moed hebben?

was geschick und kraft, gewandtheit und muth thun konnten, thaten sie.
alles, wat bekwaamheid, kracht, behendigheid en moed vermogten, wendden zij aan.

ihr muth, den sie zeigten, war mindestens dem ihrer männlichen gefährten gleich.
zij legden grooten moed aan den dag, althans niet minder dan haar reisgenooten.

sie sind ein mann von einsicht und muth, und sie werden wohl auch glück haben.«
"gij zijt een schrander en moedig man, ayrton! en zult slagen."

man erbt so seine seele, seine kraft, seinen muth, die besonders im gehirn enthalten sind.
zoo erft men zijn ziel, zijn kracht, zijn dapperheid, die vooral in de hersenen zetelen.

er vergaß sich, er selbst, um an den armen knaben zu denken, welcher einen muth über sein alter zeigte.
hij vergat zich zelven om alleen aan dat arme kind te denken, dat een moed toonde verre boven zijne jaren.

»ein schiff! meine freunde, ein schiff! rief er aus, muth, muth!«
"een schip!" riep hij, "vrienden! een schip! roeit, roeit stevig door!"

(s. 604.) glenarvan drückte sie an seine brust und sprach wiederholt: »muth, meine liebe helena, der himmel wird uns nicht verlassen!«
glenarvan klemde haar aan zijn borst en herhaalde: "houd moed, lieve helena! de hemel zal ons niet verlaten!"