Sie suchten nach: uwen (Holländisch - Arabisch)

verheerlijk uwen heer .
« وربك فكبر » عظِّم عن إشراك المشركين .

en u van uwen last bevrijd .
« ووضعنا » حططنا « عنك وزرك » .

en wacht geduldig op uwen heer .
« ولربك فاصبر » على الأوامر والنواهي .

hebben wij uwen naam niet verheven ?
« ورفعنا لك ذكرك » بأن تُذكر مع ذكري في الآذان والإقامة والتشهد والخطبة وغيرها .

en richt uwe smeekingen tot uwen heer .
« وإلى ربك فارغب » تضرع .

bid tot uwen heer , en dood de slachtoffers .
« فصلِّ لربك » صلاة عيد النحر « وانحر » نسكك .

en dien uwen heer , tot de dood u overvalt .
« واعبد ربك حتى يأتيك اليقين » الموت .

geloofd zij de naam van uwen heer , den verhevenste ,
« سبح اسم ربك » أي نزه ربك عما لا يليق به واسم زائد « الأعلى » صفة لربك .

maar verheerlijk den lof van uwen heer en aanbid hem .
« فسبح » ملتبسا « بحمد ربك » أي قل سبحان الله وبحمده « وكن من الساجدين » المصلين .

op dien dag zal de veilige rustplaats met uwen heer zijn .
« إلى ربك يومئذ المستقر » مستقر الخلائق فيحاسبون ويجازون .

daarom prijs den naam van uwen heer , den grooten god .
« فسبح » نزه « باسم » الباء زائدة « ربك العظيم » سبحانه .

de waarheid komt van uwen heer , behoort dus niet tot den twijfelenden .
« الحق » كائنا « من ربك فلا تكوننَّ من الممترين » الشاكين فيه أي من هذا النوع فهو أبلغ من أن لا تمتر .

dat alles is kwaad , en verfoeielijk voor het gezicht van uwen heer .
« كل ذلك » المذكور « كان سيِّئُهُ عند ربك مكروها » .

ik wil u tot uwen heer leiden , opdat gij moogt vreezen te zondigen .
« وأهديك إلى ربك » أدلك على معرفته ببرهان « فتخشى » فتخافه .

aanbidt geene andere goden behalve uwen heer . ik bericht u dit duidelijk uit zijn naam
« ولا تجعلوا مع الله إلها آخر إني لكم منه نذير مبين » يقدر قبل ففروا قل لهم .

en gij zult met elkander daarover , op den dag der opstanding , voor uwen heer twisten .
« ثم إنكم » أيها الناس فيما بينكم من المظالم « يوم القيامة عند ربكم تختصمون » .

menschen dient uwen heer , die u en uwen voorgangers heeft geschapen , opdat gij hem vereert .
« يا أيُّها الناس » أي أهل مكة « اعبدوا » وحِّدوا « ربَّكم الذي خلقكم » أنشأكم ولم تكونوا شيئاً « و » خلق « الذين من قبلكم لعلكم تتقون » بعبادته عقابَه ، ولعل : في الأصل للترجي ، وفي كلامه تعالى للتحقيق .

zijn de schatten der genade van uwen heer , den machtige , den milddadige , in hunne handen ?
« أم عندهم خزائن رحمة ربك العزيز » الغالب « الوهاب » من النبوَّة وغيرها فيعطونها من شاءوا .

o mensch ! indien gij oprecht arbeidt , arbeidt gij om uwen heer te zien , en gij zult hem aanschouwen .
يا أيها الإنسان إنك ساعٍ إلى الله ، وعامل أعمالا من خير أو شر ، ثم تلاقي الله يوم القيامة ، فيجازيك بعملك بفضله أو عدله .

( gij zult uwen tijd ) volstrekt niet ( aldus gebruiken ) ; hiernamaals zult gij uwe dwaasheid kennen .
« كلا » ردع « سوف تعلمون » .