Sie suchten nach: tante (Holländisch - Deutsch)

tante
tante

"ja, tante."
,,m -- ja"

dood van tante
tod der tante

"niets, tante."
,,nichts."

tante agaath-regeling
"tante-agathe-regelung"

ik zal tante roepen."
ich will tante rufen."

"dat weet ik niet, tante."
was ist das?"

"o, lieve tante, ik...."
,,ach, tante, ich --"

"tante, kijk eens achter u!"
,,holla, tante, sieh dich mal schnell um!"

"alles is klaar, tante."
,,alles fertig, tante!"

deze pop is een geschenk van mijn tante.
diese puppe ist ein geschenk von meiner tante.

"o tante polly, tom gaat sterven."
,,stirbt?!"

"ik weet het wezenlijk niet, tante polly.
,,in der tat, ich weiß nicht, tante.

wat zul je me toch vertellen?" vroeg tante.
tom schwamm alles vor den augen.

tante polly voelde plotseling een knagende gewetenswroeging.
tante polly fühlte plötzlich gewissensbisse.

tante zou mij krijgen, als ik hem verloren had."
meine tante hätt' mich schon drangekriegt, wenn ich's verloren hätt'."

mijn tante woont in een eenzaam huis op de buiten.
meine tante wohnt in einem einsamen haus auf dem lande.

doch tante ontdekte het en liet tom haar de vrijheid hergeven.
seine tante sah es und veranlaßte ihre befreiung.

het gesprek was bijzonder levendig en tante polly zeide:
die unterhaltung war ungewöhnlich lebhaft.

"neen, tante," antwoordde hij, "niet zoo bijzonder."
so sagte er: ,,nein -- das heißt -- nicht so sehr."