Results for alledaags translation from Dutch to English

we zijn niet alledaags.
we're not exactly commonplace either.

een klein, alledaags spel
a little casual game

het is een normaal alledaags iets.
it's a normal everyday thing.

hij was een alledaags, nuchter mens.
he was a commonplace and matter-of-fact individual.

het is deel van ons alledaags leren.
it comes as a part of our everyday learning.

overigens is trance een heel alledaags verschijnsel.
culture, trance, and the mind-brain.

storingen in betalingsnetwerken zijn geen alledaags verschijnsel;
payment network breakdowns are not a habitual phenomenon;

het is een alledaags bezit en een normaliteit geworden.
it has become an everyday tool and a normality.

bijna alledaags, maar er is altijd wel iets te doen.
almost trivial, but there's always a little bit to do.

het is een milieuvriendelijke vorm van vervoer voor alledaags gebruik.
it is an ecologically desirable mean of transportation for everyday use.

de meeste fietsen zijn sterk genoeg voor alledaags gebruik.
most recumbents are strong enough for day to day usage.

persoonlijke beperkingen spelen in het alledaags leven geen grote rol meer.
personal limits in the daily life are not playing any significant role anymore.

mijnheer de voorzitter, geneesmiddelen zijn een heel gewoon, alledaags product.
mr president, medicinal products are something quite ordinary and everyday.

de pringles aardappelchips vormen een alledaags voorbeeld van een hyperbolische paraboloïde vorm.
the pringles potato chip or crisp is an everyday example of a hyperbolic paraboloid shape.

het woord αγοράζω is gewoon het alledaags woord voor 'kopen'.
the word αγοράζω is simply the common word for 'buy'.

aardgas is gebruikt hoofdzakelijk als brandstof, voor alledaags alsmede voor industrieele doelen.
natural gas is used mainly as fuel, both for household, and for the industrial purposes.

ondertussen ontgoochelt de alledaagse realiteit.
meanwhile, the day-to-day reality is disappointing.