Results for spullen translation from Dutch to English

spullen
stuff

voor persoonlijke spullen.
for personal effects.

weet je -- alle spullen.
you know -- all the stuff.

vergeet je spullen niet.
don't forget your stuff.

hij zag zijn eigen spullen.
he saw his own stuff.

we proberen nog wat spullen uit
we are trying to get some

dat waren haar professionele spullen.
those were her professional tools.

hoe lang kunt u spullen opslaan?
how long can you store items for?

maar – we hebben allemaal spullen.
but -- all of us own stuff.

de verscheepte spullen zijn maandenlang zoek.
the cargo is lost for months.

hij heeft ook een heleboel spullen:
he also has a lot of stuff:

dus het is: spullen van een vrouw.
so it refers to women's stuff.

je spullen staan al aan het strand.
your belongings are already on the beach.

wat voor spullen vind ik in de keuken?
what does the kitchen contain?

- kluisjes om uw spullen op te slaan.
- lockers to save your belongings.

houd je spullen veilig, wie je ook tegenkomt.
keep your belongings safe and secure no matter who you meet.

de db brengt al uw spullen van deur tot deur.
the "haus-zu-haus-gepäckservice" takes care of your luggage for you – from door to door.

dan philips: creatieve huizen uit herwonnen spullen
dan phillips: creative houses from reclaimed stuff

bovencompartiment voor bewaren van persoonlijke spullen en accessoires.
top compartment holds personal items and accessories.

de kinderen staan te kijken naar alle nieuwe spullen
the children are looking at all the new things.