Results for kracht translation from Dutch to Latin

kracht
vis

onoverwinnelijke kracht
vis invicta

kracht en uithoudingsvermogen
virtute et patientia vinci

god is mijn kracht;
tu fortitudo mea

de kracht van binnen
ex vi

door middel van de kracht
via vi

god is mijn toevlucht en kracht
refugium meum

en ze gingen weg zonder kracht
velut arietes

fortune, metgezel van de kracht van
virtute fortuna comes

kracht en eer zelfs tot het einde
ubiquity

acquisti gereisd, gaan op de kracht van de reputatie van
fama vires acquisti eundo

marcus wordt nog steeds herinnerd vanwege de kracht van zijn gelofte
virtute se vovendi marcus adhuc memoratur

een druppel holt een steen uit, niet door zijn kracht maar door herhaaldelijk te vallen
gutta cavat lapidem non vi saepe cadendo

de grootste kracht van gnome is onze hechte gemeenschap. bijna iedereen kan bijdragen aan het verbeteren van gnome, ook degenen die niet kunnen programmeren.
virtus maximus gnome est communitas valida. quisquam paene, cum vel sine arte condocefactionis, potest adiuvare gnome melius facere.

d wolf en lam waren door dezelfde stroom gekomen, voortgedreven door de dorst: de wolf stond hoger en het lam veel lager: toen pleitte de boze rover, opgehitst door de keel, voor ruzie. waarom, zei hij, heb je deze modderige drinker voor mij gemaakt? de wollige oppositie vrezen, wie kan ik, vraag ik, doen waar je over klaagt, lupus? een slok vloeistof loopt langs mijn ogen. hij werd afgewezen door de kracht van de waarheid en zei: 'je hebt me zes maanden geleden slecht verteld.' lamb antwoordde: ik ben inderdaad niet geboren. bij hercules, zegt je vader, hij heeft me vervloekt. en zo correct
laniger contra timens