Results for planktonic translation from English to Dutch

planktonic blooms
planktonbloei

only a small proportion lives strictly planktonic.
slechts een klein deel leeft strikt planktonisch.

daphnia is a genus of small, planktonic crustaceans, in length.
== soorten ==* "clavelina amplexa" kott, 2002* "clavelina arafurensis" tokioka, 1952* "clavelina auracea" monniot, 1997* "clavelina australis" (herdman, 1899)* "clavelina baudinensis" kott, 1957* "clavelina borealis" savigny, 1816* "clavelina brasiliensis" (millar, 1977)* "clavelina breve" monniot, 1997* "clavelina coerulea" oka, 1934* "clavelina concrescens" hartmeyer, 1924* "clavelina cyclus" tokioka & nishikawa, 1975* "clavelina cylindrica" (quoy & gaimard, 1834)* "clavelina dagysa" (kott, 1957)* "clavelina dellavallei" (zirpolo, 1825)* "clavelina detorta" (sluiter, 1904)* "clavelina elegans" (oka, 1927)* "clavelina enormis" herdman, 1880* "clavelina fasciculata" van name, 1945* "clavelina fecunda" (sluiter, 1904)* "clavelina gemmae" turon, 2005* "clavelina huntsmani" van name, 1931* "clavelina kottae" (millar, 1960)* "clavelina lepadiformis" (müller, 1776)* "clavelina maculata" monniot & monniot, 2001* "clavelina meridionalis" (herdman, 1891)* "clavelina michaelseni" millar, 1982* "clavelina miniata" watanabe & tokioka, 1973* "clavelina minuta" tokioka, 1962* "clavelina mirabilis" kott, 1972* "clavelina moluccensis" (sluiter, 1904)* "clavelina neapolitana" della valle, 1881* "clavelina nigra" kott, 1990* "clavelina obesa" nishikawa & tokioka, 1976* "clavelina oblonga" herdman, 1880* "clavelina oliva" kott, 1990* "clavelina ostrearium" (michaelsen, 1930)* "clavelina phlegraea" salfi, 1929* "clavelina picta" (verrill, 1900)* "clavelina polycitorella" (tokioka, 1954)* "clavelina pseudobaudinensis" (kott, 1976)* "clavelina puertosecensis" millar & goodbody, 1974* "clavelina robusta" kott, 1990* "clavelina roseola" millar, 1955* "clavelina sabbadini" brunetti, 1987* "clavelina simplex" kott, 2006* "clavelina steenbrasensis" millar, 1955* "clavelina viola" tokioka & nishikawa, 1976

black and white waters differ in their planktonic fauna and flora.
zwarte en witte waters verschillen in hun plankton, fauna en flora.

this allows for planktonic plants to live in large abundance in the north sea.
hierdoor komt plantaardig plankton in grote mate voor in de noordzee.

it feeds on jellyfish, ctenophores, and other soft-bodied planktonic animals.
ze voeden zich met kwallen, ribkwallen en andere weeklijvige dieren uit het zoöplankton.

most fascinating are the shapes many planktonic larvae have and the incredible difference with their parents.
veel planktonische larven hebben de meest fantastische vormen, en ze lijken totaal niet op hun ouders.

study on the dynamics of the planktonic microbial food web of the southern ocean in response to changing environmental conditions.
bestudering van de dynamica van de microbiële planktonvoedselketen in de zuidelijke oceaan in het licht van gewijzigde milieuomstandigheden.

i also believe new ideas such as planktonic oceanic seeding, to irreversibly fix co2 to the ocean bed, need further investigation.
ik denk ook dat nieuwe ideeën als het zaaien van plankton in oceanen om co2 blijvend te binden, nader onderzoek behoeven.

calanoids can be distinguished from other planktonic copepods by having first antennae at least half the length of the body and biramous second antennae.
villar de fallaves is een gemeente in de spaanse provincie zamora in de regio castilië en león met een oppervlakte van 20,92 km².

what is the natural capacity of the coastal north sea planktonic system to absorb surplus nutrients resulting from human activities in the surrounding river basins ?
wat is de natuurlijke capaciteit van het plankton in de noordzee om de overmaat aan nutriënten, die er tengevolge van menselijke activiteit in terecht komen, te verwerken?

the base of the tortonian stage is at the last common appearance of calcareous nannoplankton "discoaster kugleri" and planktonic foram "globigerinoides subquadratus".
de basis van het tortonien wordt gedefinieerd door de laatste voorkomens van de nannoplankton-soort "discoaster kugleri" en de planktonische foraminifeer "globigerinoides subquadratus".

"euplokamis"' tentilla have three types of movement that are used in capturing prey: they may flick out very quickly (in 40 to 60 milliseconds); they can wriggle, which may lure prey by behaving like small planktonic worms; and they coil round prey.
deze wriemelende beweging wordt geproduceerd door gladde spieren van een zeer gespecialiseerd type.