Results for compter sur quelqu'un translation from French to Dutch

compter sur
verwachten

compter sur les banques
rekenen op banken

on peut compter sur elle.
men kan haar vertrouwen.

tirer une lettre de change sur quelqu'un
een wissel op iemand afgeventrekken

vous pouvez compter sur moi.
u kunt op mij rekenen.

pouvons­nous compter sur une telle
de voorzitter. — mijnheer watts, u kunt daarover zelf een brief aan de commissie schrijven.

pouvons-nous compter sur vous?
kunnen we op u rekenen?

alors, je peux compter sur toi ?
ik kan dus op je rekenen?

il peut compter sur tout mon soutien.
wat mij betreft heeft hij mijn steun.

pouvoir compter sur des professionnels qualifiés
kunnen rekenen op goede vakmensen

vous pouvez compter sur notre soutien.
ik moet u echter bekennen dat de hoofdlijnen van het commissiebeleid mijn fractie nog niet zo kristalhelder voor ogen staan als wij graag hadden gewild.

pasty chés, vous pourrez compter sur nous.
mijnheer de voorzitter, ik kan u verzekeren dat uw dagelijkse actie de steun van onze fractie zal krijgen, en u kunt op ons rekenen om de hervormingen waaraan wij zo zijn gehecht, doorgevoerd te krijgen.

plus de discussions gérant qui doit compter sur
mogelijkheden tot teamvorming leder aangewezen op de eigen middelen

vous pouvez compter sur ma parfaite fidélité.
u kunt op mijn onvoorwaardelijke trouw rekenen.

vous pouvez compter sur notre total soutien
wij ondersteunen u maximaal

alors vous pourrez compter sur notre soutien.
dan zult u op onze steun kunnen rekenen.

faire, vous devez compter sur vous-mêmes.
uw regio uw eigen weg te vinden. alleen u kunt dat doen.

avec 3m sécurité alimentaire, vous pouvez compter sur :
met hulp van 3m voedselveiligheid kunt u vertrouwen op:

j’ espère donc compter sur votre large soutien.
ik hoop dus te kunnen rekenen op brede steun van uw kant.

c' est un carrousel que personne ne met en mouvement, parce qu' il compte sur quelqu'un d' autre.
het is een draaimolen die door niemand echt in gang wordt gebracht, en iedereen wacht op wat de ander gaat doen.