Results for ablegen translation from German to Dutch

ablegen
wegmaken

ablegen!
laat maar vallen!

& ablegen
laten & vallen

kum ablegen.
de studieduur aan een tei is minstens zes semesters.

zeugnis ablegen
getuigen voor

rechenschaft ablegen?
hoe kan zij stabiliteit met exibiliteit rijmen?

eine pruefung ablegen
schriftelijk examen afleggen

sicherungskopie ablegen in:
reservekopie opslaan in:

sicherungstaste (zum ablegen)
veiligheidstoets (voor het afleggen)

auf dem leuchttisch ablegen
op lichttafel plaatsen

kontaminierte kleidung ablegen.
trek vervuilde kleding uit.

& automatisches ablegen aktivieren
automatisch plaatsen activeren

zeugnis von etwas ablegen
getuigenis van iets afleggen

und die ihr zeugnis ablegen,
die hun getuigenis afleggen

bild oder html-datei ablegen
een afbeelding of html-bestand neerzetten

benutzen von ziehen und ablegen
het slepen van bestanden en mappen

auf eine saubere oberfläche ablegen.
leg het op een schoon oppervlak.

manuell durch ziehen und ablegen
handmatig, via verslepen-en-neerzetten

gebrauchsanweisung in sammelordner für <PROTECTED><PROTECTED> ablegen!
bewaar de gebruiksaanwijzing in de verzamelmap voor <PROTECTED><PROTECTED>!

dermatom in <PROTECTED>-halterung betriebsbereit ablegen
leg het gebruiksklare dermatoom in een <PROTECTED>-houder