Usted buscó: escapársele (Español - Neerlandés)

1,a prima de doscientas libras iba a escapársele.
de premie van tweehonderd pond ging hem ontsnappen. hij zag fogg aan.

lo comprendí por algunas palabras que hubieron de escapársele.
ik maakte het op uit eenige woorden, die hem ontvielen.

cierto; pero entonces, ¿esa mujercita va a escapársele a su eminencia?
--„dat is waar; maar dan zal die jonge vrouw den kardinaal ontsnappen.”

esta parte de la conversación se había desarrollado en latín, de manera que me enteré de todo, y tuve que contenerme para no soltar el trapo a reír al ver cómo mi tío contenía su satisfacción que pugnaba por escapársele por todas partes adoptando un aire candoroso que parecía la mueca de un diablo.
dit gedeelte van het gesprek was in het latijn gevoerd; ik had alles verstaan en kon mij moeielijk goed houden, toen ik zag, hoe mijn oom zijne aan alles zichtbare tevredenheid bedwong; hij zette een onschuldig gezicht, dat wel op het grijnzen van een ouden duivel geleek.