Usted buscó: binocolo (Italiano - Neerlandés)

binocolo
verrekijker

binocolo!
kijker.

bel binocolo.
mooie verrekijker.

il binocolo!
verrekijker.

- binocolo, ok!
verrekijker. ok.

binocolo periscopico
toneelkijker op gewoon brilmontuur

ho il binocolo.
ik heb m'n verrekijker.

binocolo, ovviamente.
en natuurlijk een verrekijker.

- con il binocolo?
- door een verrekijker ?

astuccio per binocolo
verrekijkers

..dato vecchio binocolo
gaf mijn vader me deze oude verrekijker...

aveva un binocolo?
had hij een verrekijker?

- sorvegliavo col binocolo.
- ik hield wacht met mijn verrekijker.

hai il binocolo? si'.
heb je een verrekijker?

'usa il binocolo'. ecco.
gebruik de verrekijker.

binocolo per il turismo
hollandse binocle voor toeristen

guarda col tuo binocolo.
kijk door je verrekijker.

un binocolo a infrarossi!
gaaf. nachtvisie.

- il binocolo che volevi.
- ik heb die verrekijker voor je.

"uh, ridammi il binocolo.
"geef me de verrekijker terug.