Usted buscó: sempre avanti (Italiano - Neerlandés)

sempre avanti!
altijd onderweg.

va' sempre avanti.
rijd gewoon verder.

andare sempre avanti.
vooruit blijven gaan.

sempre avanti, lento.
langzaam vooruit.

- no. - vai sempre avanti.
altijd vooruit.

sempre due passi avanti.
je lag altijd twee stappen voor.

guardare sempre in avanti!
nou, voorwaarts en opwaarts.

- sempre un passo avanti.
hallo, nolan.

al guardare sempre in avanti.
altijd voorruit blijven kijken.

coraggio gente, sempre avanti.
helemaal naar achteren. helemaal naar achteren, mensen.

e' sempre un passo avanti.
hij denkt altijd een stap vooruit.

saro' sempre un... passo avanti.
dat kun je niet.

faccio sempre avanti e indietro.
ik loop steeds heen en weer.

andra' sempre avanti cosi', vero?
het gaat vaker gebeuren, niet?

e' sempre dieci passi avanti.
hij is je altijd 10 zetten vooruit.

sempre avanti, sempre piu' in alto.
ik moet verder en verder.

- bisogna sempre guardare avanti, eh?
- nou, veel succes hè? - ja, het zal wel.

jt si fa sempre avanti per vincent.
ik ben niet verbaasd.

..testa alta e guardare sempre avanti.
hoofd omhoog en recht vooruit kijken.

- sono sempre stati tre passi avanti.
- ze zijn je altijd voor.