Usted buscó: proteïnesynthese (Neerlandés - Francés)

proteïnesynthese, gentechnologische
génie protéique

het werkt door het remmen van proteïnesynthese in de bacteriële cel.
il agit en inhibant la synthèse des protéines dans la cellule bactérienne.

elk triplet regelt bij de proteïnesynthese de inbouw van een welbepaald aminozuur.
lors de la synthèse de la protéine, chaque triplet commande l'insertion d'un acide aminé bien déterminé.

macroliden verstoren proteïnesynthese door middel van reversibele binding aan de 50s ribosoomsubeenheid.
les macrolides agissent au niveau de la synthèse des protéines en se liant de façon réversible à la sous-unité 50s des ribosomes.

magnesium is bijgevolg van vitaal belang voor de regulering van de celstofwisseling en de proteïnesynthese.
le magnésium est donc vital pour la régulation du métabolisme cellulaire et la synthèse des protéines.

het genotoxische effect kan ook worden verklaard door een indirect mechanisme dat leidt tot een verminderde proteïnesynthese.
l'effet génotoxique peut également s'expliquer par un méca­nisme indirect impliquant une détérioration de la synthèse des protéines.

de activiteit van deze antibioticumklasse berust op de inhibitie bij de start van de proteïnesynthese op het niveau van de bacteriële ribosomen.
la valnémuline est un antibiotique du groupe des pleuromutilines dont l’ action consiste à inhiber le déclenchement de la synthèse protéique au niveau du ribosome chez la bactérie.

in het algemeen wordt aangenomen dat de blokkering van dna, rna en de proteïnesynthese verantwoordelijk is voor het merendeel van de cytotoxische effecten.
on pense généralement que c'est l'inhibition de l'adn, de l'arn et de la synthèse protéique qui est responsable du principal effet cytotoxique.

van antitumorale stoffen, zoals cladribine, die invloed hebben op het dna, het rna en de proteïnesynthese, kan worden verwacht dat deze negatieve effecten hebben op de ontwikkeling van menselijke geslachtscellen (zie 4.4 bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik).
les antinéoplasiques comme la cladribine, qui interfèrent avec la synthèse de l'adn, de l'arn et des protéines, devraient avoir des effets indésirables sur la gamétogenèse humaine (cf. rubrique 4.4).