Vous avez cherché: povis (Espéranto - Néerlandais)

Ŝi ne povis.
- juist, ja.

juna li povis bone skii.
toen hij jong was kon hij goed skiën.

kiel ci povis fari tion?
ik heb schijt aan je! dat kun je niet maken!

libsmbclient ne povis pravaloriziĝi
libsmbclient kon niet worden geïnitialiseerd.

mi eĉ ne povis respondi.
ik kon mijn zin niet eens afmaken.

ne povis skribi al% 1
kon niet naar %1 schrijven

- mi ne povis agi alimaniere.
- ja, ja natuurlijk. ik kon niet...

libsmbclient ne povis krei kuntekston
libsmbclient kon geen context aanmaken

bob ne povis regi sian koleron.
bob kon zijn woede niet beheersen.

ne povis ŝargi skriptodosieron% 1
laden van scriptbestand %1 niet mogelijk

- Ĉi tien neniu povis eniri.
oké, maar doe het licht aan.

- mi pensis, ke vi ne povis.
- je kon toch niet?

li ne povis fidi siajn orelojn.
hij kon zijn oren niet geloven.

li naĝis, ĝis li ne plu povis.
hij zwom tot hij niet meer kon.

jes, mi povis, sed mi ne obeis.
inderdaad, maar ik deed het niet.

li ne povis bone paroli la francan.
hij kon niet goed frans spreken.

- jes. kial vi ne povis preni ĝin?
waarom kun je dat niet?

la aviadilo ne povis ekflugi pro ŝtormo.
door een storm is het vliegtuig niet kunnen vertrekken.

oni ne povis montri helpon por “%s”
kon de hulp voor ‘%s’ niet tonen

hi hi! la knabino ne povis deteni sin!
hihi! het meisje kon zich niet inhouden!