Vous avez cherché: persuader (Français - Néerlandais)

persuader.
overtuigen.

persuader - influencer;
overtuigen - beïnvloeden;

persuader et influencer.
overtuigen en beïnvloeden.

attitude serviable - persuader.
dienstverlenend optreden - overtuigen.

influencer, persuader, serviable;
beïnvloeden, overtuigen, dienstverlenend;

persuader les clients indésirables.
overtuigen van ongewenste klanten.

serviable - persuader et influencer.
dienstverlenend - overtuigen en beïnvloeden.

persuader - influencer - intérêts divergents;
overtuigen - beïnvloeden - tegengestelde belangen;

comportement serviable, persuader et influencer;
dienstverlenend voorkomen, overtuigen en beïnvloeden;

ils dirent: «nous essayerons de persuader son père.
zij zeiden: "wij zullen proberen om zijn vader over te halen om hem mee te laten komen.

il est utilisé pour informer, persuader, divertir, séduire.
taal wordt gebruikt om te informeren, te overtuigen, te onderhouden en te boeien.

ils ont réussi à persuader les américains de l'adopter.
we kunnen constateren dat de japanse uitdaging zich al manifesteert in een voor sprong.

capacité à diriger, communiquer, entraîner, négocier et persuader.
bekwaam zijn om leiding te geven, te communiceren, coachen, onderhandelen en overtuigen.

le syndicat est en effet persuadé qu'une initiative législative est nécessaire.
de vakbond is er inderdaad van overtuigd dat een wetgevend initiatief noodzakelijk is.