Vous avez cherché: rietje (Néerlandais - Italien)

rietje
cannuccia

rietje...
- bla, bla, bla... - cannuccia.

een rietje.
una cannuccia.

- een rietje?
di una cannuccia?

een rietje dus.
cannuccia?

evelyn, rietje.
evelyn, cannuccia.

- glas of rietje ?
bicchiere o cannuccia?

en dit? - rietje.
-e questa?

geef haar dat rietje.
dalle la cannuccia.

heb je een rietje?
c'e' una cannuccia?

- doe maar een rietje.
cannuccia.

- heb je een rietje?
hai una cannuccia?

informatie op het rietje
contrassegno sulla paillette

dat is net een rietje.
sembra una fottuta cannucia di paglia!

een mes en een rietje?
un coltello e una cannuccia!

een blik met 'n rietje...
in lattina con la cannuccia...

dat is een roodgestreept rietje.
ma quella e' una cannuccia a righe rosse.

er zit geen rietje in, oen.
non c'è la cannuccia.

vind je dat leuk, een rietje?
si', le cannucce aiutano. ti prendero' una cannuccia.

- geen hele fles met een rietje?
sei sicuro di non volere tutta la bottiglia?