Vous avez cherché: getrouwd (Néerlandais - Français)

getrouwd
mariage

we zijn getrouwd.
nous sommes mariés.

ben je getrouwd?
es-tu marié ?

- 84% getrouwd is ;
84 de ces personnes ont prêté leur concours au questionnaire ub (auquel elles ont répondu au début de la phase expérimentale).

getrouwd met onderzoekspartner
sujet marié à son/sa partenaire

ze zijn 4 jaar getrouwd.
ils sont mariés depuis 4 ans.

ik was vrij, niet getrouwd.
j’étais libre, célibataire.

ze is getrouwd aan 25 jaar.
elle s'est mariée à 25 ans.

zij is getrouwd met een buitenlander.
elle est mariée à un étranger.

gescheiden van partner (niet getrouwd)
séparation d'un(e) partenaire (non marié(e))

de echtgenoten zijn reeds lang getrouwd.
les intéressés sont mariés depuis longtemps.

zoon van aung thaung (getrouwd met a2c)
commandant pyi aung alias pye aung

afgelopen zomer zijn enzo en clara getrouwd.
enzo et clara se sont mariés l'été dernier.

hoewel hij niet getrouwd was, had hij een kind.
bien qu'il ne soit pas marié, il avait un enfant.

sommige van hen zijn getrouwd en hebben kinderen.
certains sont mariés, ils ont des enfants.

geen van hen had kinderen en slechts éen was getrouwd
aucune n'avait d'enfant et seulement une était mariée.

de heer gollnisch bijvoorbeeld is met een japanse getrouwd.
les législations nationales contre le racisme, qui sont encore trop souvent insuffisantes, ou mal appliquées, doivent être renforcées.

11 waren getrouwd slechts 3 hadden nog schoolgaande kinderen
11 étaient mariées 3 seulement avaient des enfants d'âge scolaire.

hetzelfde geldt voor alleenstaanden die nooit getrouwd zijn geweest.
cela vaut également pour les célibataires qui n'ont jamais été mariés.

17 waren getrouwd 10 hadden kinderen van minder dan 11 jaar
17 étaient mariées 10 avaient des enfants de moins de 11 ans.