Da traduttori professionisti, imprese, pagine web e archivi di traduzione disponibili gratuitamente al pubblico.
zuring
acedera
Ultimo aggiornamento 2014-12-09
Frequenza di utilizzo: 4
Qualità:
postelein (winterpostelein/zomerpostelein, zuring, zeekraal, monniksbaard, agretti (salsola sodai))
verdolaga (verdolaga de invierno, verdolaga dorada, verdolaga, acedera, salicornia, barrilla (salsola soda))
en welk een kostelijk middagmaal! eene groentesoep, een spekpannekoek met zuring bestrooid met notemuskaat, een kalfsnierstuk met ingelegde pruimen, en tot nagerecht garnalen met suiker, alles besproeid met lekkeren moezelwijn.
¡y qué comida, dios mío! sopas de perejil, tortilla de jamón con acederas y nuez moscada, solomillo de ternera con compota de ciruelas, y, de postre, langostinos en dulce, y todo abundantemente regado con exquisito vino del mosa.
07099090 _bar_ andere van de onder deze onderverdeling vallende groenten kunnen worden genoemd: 1.okra of comboux (hibiscus esculentus);2.pompoenen die als groenten worden gegeten (bijvoorbeeld cucurbita maxima en cucurbita pepo, andere dan cucurbita pepo l. convar. citrullinia greb. var. styriaca en cucurbita pepo l. var. oleifera pietsch);3.rabarber;4.zuring (rumex acetosa);5.klaverzuring (oxalis crenata);6.suikerwortel (sium sisarum);7.de diverse soorten kers: tuinkers (lepidium sativum), waterkers (nasturtium officinale), amerikaanse winterkers (barbarea verna), oost-indische kers (tropaeolum majus), enz.;8.postelein (portulaca oleracea);9.peterselie en kervel, andere dan knolpeterselie en knolkervel die onder onderverdeling 07069090 vallen;10.dragon (artemisia dracunculus) en bonenkruid (satureja hortensis en satureja montana);11.marjolein (origanum majorana);12.verse bollen van de familie der lelieachtigen, behorende tot de soort "muscari comosum" (gebruikelijke benamingen "kuif- of pluimhyacint", "wilde uien", "lampasciolo", "lilas de terre", "feather hyacinth").
07099090 _bar_ las demás entre las legumbres y hortalizas comprendidas en esta subpartida, se pueden citar: 1)los gombos (hibiscus esculentus);2)los calabacines, calabazas y calabazas de invierno (por ejemplo: cucurbita maxima y cucurbita pepo excluyéndose cucurbita pepo l. convar. citrullinia greb. var. styriaca y cucurbita pepo l. var. oleifera pitsch);3)el ruibarbo;4)la acedera (rumex acetosa);5)la oxalis crenata;6)la escaravía (sium sisarum);7)los diversos berros: el mastuerzo (lepidium sativum), el berro de agua (nasturtium officinale), la barbarea o hierba de santa bárbara (barbarea verna), la capuchina o espuela de galán (tropaeolum majus), etc.;8)la verdolaga (portulaca oleracea);9)el perejil y el perifollo, excepto el perejil tuberoso y el perifollo bulboso, que se clasifican en la subpartida 07069090;10)el estragón (artemisia dracunculus), la ajedrea de jardín (satureia hortensis) y el hisopillo o ajedrea silvestre (satureia montana);11)la mejorana cultivada (origanum majorana);12)las cebollas de la familia de las liliáceas, del género muscari, especie comosum (denominaciones comunes: "lampasciolo", cebollas salvajes, "lilas de terre", "feather hyacinth").