검색어: samen op vakantie (week 13) (네덜란드어 - 영어)

op vakantie
on vacation

zin op vakantie?
fancy a holiday?

ik was op vakantie
because i was on vacation.

op deze manier kunt u samen onbezorgd op vakantie.
this way, you will have a carefree holiday.

- op deze manier kunt u samen onbezorgd op vakantie
- this way you can have a carefree holiday

deze accommodaties zijn ideaal als u samen op vakantie wilt.
these accommodations are ideal if you want to spend a holiday together with a group of people.

zal ik op vakantie are
i will be on holiday from 11th november to 20th november

dit lijkt op vakantie.
this is like vacation.

je vertrekt op vakantie?
you leave on a vacation?

veilig werken op vakantie
working securely on holiday

"ben je hier op vakantie?"
"here on holiday are you, dear?"

leren zwemmen op vakantie!
learn to swim during your holiday!

laatste week (13)
last week (12)

maar de commissie was op vakantie...
but the commission was on holiday.

op vakantie met de hond in oostenrijk
holiday with your dog in austria

ik was op vakantie in het buitenland.
i was abroad on vacation.

betaalde verlofdagen (u heeft recht op vakantie)
minimum paid annual leave (you are entitled to holidays)

week 13 alle (n=10)
week 13 all (n=10)

de meeste mensen gaan wel op vakantie.
most people go on away for vacations.

chico op vakantie in portugal en frankrijk
chico on holiday in portugal and france