검색어: blua (에스페란토어 - 네덜란드어)

blua
blauw

blua poligono
blauwe polygoon

blua kapostyle name
blauwe kopstyle name

blua venteto - bildocomment
blue breeze picturecomment

la ĉielo estas blua.
de hemel is blauw.

blua (ciana kaj magenta)
blauw (cyaan en magenta)

li farbis la plafonon blua.
hij verfde het plafond blauw.

Ĉu tio ankaŭ haveblas blua?
is dat ook in het blauw te krijgen?

blua ludanto gajnis la rondon
de blauwe speler won deze ronde

mia aŭto ne estas ruĝa sed blua.
mijn auto is niet rood, maar blauw.

nuboj ŝvebis sur la blua ĉielo.
wolken zweefden aan de blauwe hemel.

hodiaŭ la ĉielo estas sennube blua.
vandaag is de lucht blauw en onbewolkt.

hodiaŭ la ĉielo estas blua kaj sennuba.
vandaag is de lucht blauw en onbewolkt.

la knabino kun la blua jako estas mia filino.
het meisje met de blauwe jas is mijn dochter.

la francuja flago estas blua, blanka kaj ruĝa.
de franse vlag is blauw, wit en rood.

nigra kaj blua (ciana, magenta, nigra)
zwart en blauw (cyaan, magenta, zwart)

la oreloj de blua elefanto same grandas kiel tiuj de rozokolora elefanto.
de oren van een blauwe olifant zijn even groot dan die van een roze olifant.

Ŝi sonĝis pri la blua ĉielo, la mola vento kaj la brila suno.
ze droomde van blauwe luchten, 'n zacht briesje en 'n schitterende zon.

... kiam ĝi enfluas la Ĝenevan lagon tiu rivero estas pure blua post la elfluo.
vloeit ze het meer van genève in en verlaat het helderblauw.

se ni pagas la lusumon al la domposedantino, ni ne plu havos monon por manĝo; ni troviĝas inter la diablo kaj la profunda blua maro.
als we de huur betalen aan de huiseigenares, zullen we geen geld meer hebben voor eten; we zitten tussen de duivel en de diepe blauwe zee.