Je was op zoek naar: le faccio sapere (Italiaans - Nederlands)

- le faccio sapere.
ik neem nog contact op.

- le faccio sapere?
- ik laat je wel weten? hoe bedoel je?

- le faccio sapere, jay.
ik spreek je. zeg ik laat het je wel weten dan, jay

le faccio sapere che sto bene.
ik laat haar even weten dat ik in orde ben.

le faccio sapere appena possibile.
ik verzamel m'n team zo snel mogelijk.

o forse no, le faccio sapere.
luister maar.

ce le faccio.
het lukt me.

per questo le faccio sapere, signore.
daar kom ik nog op terug, sir.

- le faccio male.
- ik doe je pijn.

- le faccio male?
doe ik je pijn?

va bene, come ho novità le faccio sapere.
goed. zodra ik meer weet, breng ik u op de hoogte.

le faccio strada.
- hierheen.

le faccio entrare?
zal ik ze binnenroepen ?

- le faccio chiamare.
ik laat ze even halen.

- le faccio paura?
- vind je me intimiderend?

le faccio sapere quando la robbins e' pronta.
ik laat het je weten als dokter robbins klaar is voor jou.

le faccio un'ecografia.
ik zal een echo maken.

- le faccio l'assegno
ik zal u een cheque uitschrijven.

- va bene. - le faccio sapere appena arrivano i cavi.
ik laat het wel weten als de onderdelen er zijn.

e io le faccio sapere di questa faccenda della resa.
dan hebben we het straks nog wel over dat overgave-ding.