You searched for: tout cela (Franska - Holländska)

rien de tout cela
niets van dit alles

en fait, tout cela
dat is alvast een feit.

tout cela existe !
en wat doen we dan?

intéressant, tout cela !
dat is allemaal erg interessant !

nous savons tout cela.
dat weten we allemaal al.

merci pour tout cela!
hartelijk dank!

tout cela n’est rien.
het antwoord is neen, dat is niet verwonderlijk.

mesurez-vous tout cela?
voortdurend gaat het erom te overtuigen, de standpunten na der tot elkaar te brengen.

parcourez tout cela calmement.
neem alles eens rustig door

veutelle détruire tout cela ?
willen ze dat allemaal kapotmaken?

5.2 tout cela entraîne:
5.2 dat alles heeft de volgende gevolgen:

tout cela est vraiment lamentable.
dit is echt betreurenswaardig.

tout cela entraîne deux conséquences :
dit alles heeft twee gevolgen:

evidemment, tout cela est impossible!
dit druist echter in tegen artikel 118a en derhalve tegen de geest van de verdragen.

comment peuton réaliser tout cela ?
deze redelijkheid hebben wij van de geschiedenis geleerd.