You searched for: fammi sapere dove abiti (Italienska - Holländska)

fammi sapere dove."
zeg mij waar."

fammi sapere dove sei.
hoe moeilijk is dat? laat gewoon weten waar je bent.

fammi sapere dove, ok?
vertel me gewoon waar, oké?

fammi sapere dove andrai.
ik wil weten waar je heengaat.

fammi sapere dove sei, okay?
laat me weten waar je bent, oké?

fammi sapere dove la aprite.
laat me weten waar je je laat registreren.

- non posso sapere dove abiti?
- mag ik niet weten waar je woont?

dove abiti?
"waar woon je?"

- dove abiti ?
- waar?

beh, fammi sapere dove andrai a finire.
nou, laat me dan weten waar je terecht komt.

dove abiti ora?
waar woon je nu?

dove abiti, tu?
waar woon je?

- e dove abiti?
waar is dat?

- dove abiti, ora?
waar woon je ?

- sì. - dove abiti?
waar woont u?

allora, dove abiti?
dus waar woon je?

- allora, dove abiti?
- waar verblijf je?

- dove abiti? dove abiti?
- waar woont u?

fai quello che devi, solo... fammi sapere dove l'hanno rimorchiato.
doe wat je moet doen. laat me gewoon weten waar ze 'm heen slepen.