Results for ontsluiting translation from Dutch to French

ontsluiting
désenclavement

ontsluiting;
découverture;

i ontsluiting
¡ressources humaines

1. ontsluiting,
4) les ressources rural;

externe ontsluiting
désenclavement externe

dampfase-ontsluiting
cuisson à phase vapeur

ontsluiting van de werf
travaux d'étaiement

ontsluiting kleine ring)
bouclage de la petite ceinture)

6° culturele ontsluiting :
6° ouverture à la recherche culturelle :

ontsluiting van een terrein
viabiliser

ontsluiting van het ondernemingspotentieel,
la libération du potentiel des entreprises,

ontsluiting van het ondernemingspotentieel:
exploiter le potentiel des entreprises:

de ontsluiting bij de bevalling
l'ouverture du col de l'utérus pendant l’accouchement

de prioriteitenvolgorde voor de ontsluiting.
l'ordre de priorité de sa mise en oeuvre.

ontsluiting van de ultraperifere gebieden
désenclavement des régions ultrapériphériques

1. ontsluiting en ondersteunende infrastructuur,
1. désenclavement et infrastructures de support,

2° afdeling documentatie en ontsluiting.
2° division de la documentation et du désenclavement.

energie voor mechanische ontsluiting van hout
énergie de défibrage

ontsluiting en classificeringstechnieken (udc, thesaurus);
techniques d'indexation et de classification (cdu, thésaurus);

tunnel ter ontsluiting van naastliggende percelen
passage souterrain d'exploitation