Results for sire translation from English to Dutch

sire
sire,

"no, sire."
--„neen, sire!”

sire keeping
ter dekking houden van mannelijke fokdieren

genetic sire:
genetische vader:

"sire, notwithstanding--"
--„sire! echter....”

sire sine marker
dekmerkteken

"tomorrow, then, sire?"
--„dan tot morgen, sire!”

"what do you say, sire?
--„wat zegt gij, sire!

"oh, sire, what an idea!
--„o, sire! wat denkbeeld!

"but how to take them, sire?
--„maar hoe ze te krijgen, sire!

"it was he, sire, it was he!"
--„hij is het, sire! hij is het!”

"yes, sire, as they always do."
--„ja, sire! zooals gewoonlijk.”

"sire, i entreat you to do so."
--„sire! ik bid u.”

sire s.r.l. via della costituzione 27
sire s.r.l. via della costituzione 27

"his eminence is not his holiness, sire."
--„zijne eminentie is zijne heiligheid niet, sire!”

in most cases, the sire is a zebra stallion.
in het engels heeft het dier de namen "zonkey" en "zedonk" (combinaties van zebra en donkey).

"yes, sire, i hear," stammered the queen.
--„ja, sire, ik versta u,” stamelde de koningin.

"well, sire, for once he found his master."
--„hij heeft nu zijn meester gevonden.”

sire identity shall correspond to the official identification of the animal.
de officiële identificatie van het dier; identiteit vaderdier:

"and who told you this fine story, sire?" asked treville, quietly.
--„en wie heeft u die fraaie historie verhaald, sire?” vroeg de tréville rustig.