Results for bonos translation from Spanish to Dutch

bonos
obligatie

bonos perpetuos
eeuwigdurende obligaties

saldo de bonos
uitstaand bedrag van een lening

%1 puntos: bonos
%1 punten (bonus)

bonos en dos divisas
dual-currency issues

emisiones de bonos en ecus
uitgifte van ecu-obligaties

se hayan expedido bonos,
bonnen zijn afgegeven,

deuda – bonos cupón cero
schuld — „zero-coupon”-obligaties

emisión de bonos de valores
uitgifte van waardebonnen

bonos y obligaciones en circulación;
obligaties en andere vastrente waardepapieren in omloop;

bonos del estado irlandeses( famt)
ierse treasury-bills( famt)

asociación de intermediarios internacionales de bonos
vereniging van de internationale makelaars in obligaties

a) bonos y obligaciones en circulación;
a) obligaties en andere vastrente waardepapieren in omloop;

bonos para la obtención de nuevos fondos
uitgifte van obligaties gebonden aan inbreng van vers geld

comedores de empresa y bonos de comidas,
kantines en maaltijdbonnen;

criterios de selección para los bonos de titulización
beleenbaarheidscriteria voor effecten op onderpand van activa

los bonos seleccionados deben ser suficientemente líquidos.
keuze obligaties de obligaties moeten voldoende liquide zijn.

rendimiento mensual medio de los bonos del estado
gemiddeld tarief van de staatsleningen

bonos, obligaciones y otros títulos de renta fija
obligaties en andere vastrentende waardepapieren

tipo medio mensual de los bonos del tesoro franceses
maandelijks indexgemiddelde van franse schatkistbiljetten