Je was op zoek naar: jim (Tjechisch - Nederlands)

dai jim měla
dai had hun in overeenstemming met artikel 9, lid 1, van

bude jim věnovat
de commissie zal met name aan

jim nebude pomocníků.
en voor hen zijn er geen helpers.

co se jim přihodilo ! ?
wat is er met hen gebeurd?

ukažte jim balení léku.
laat hen de verpakking van de tabletten zien.

naopak, ztratili se jim!
nee, zij zijn van hen verdwenen.

a předříkávej jim děje abrahame,
en herinner hun de geschiedenis van abraham.

dohoda jim dává stejné ers t
de overeenkomst biedt hen dezelfde essentiële arbeidsvoorwaarden vanaf de dag waarop ers t

předsedají jim střídavě obě strany.
zij worden beurtelings voorgezeten door de twee partijen.

a dali jsme jim písmo přejasné:
en wij gaven hun beiden het overduidelijke boek

a nic neprospěly jim jejich námahy.
en dus baatte hun niet wat zij ten uitvoer hadden gebracht.

budoucnosti, která patří právě jim.
alleen dan zullen zij zich werkelijk betrokken voelen bij de toekomst van europa, een toekomst die tenslotte aan hen toebehoort.

a písmo nanejvýš zřetelné jsme jim darovali
en wij gaven hun de verduidelijkende schrift (de taurât).

budou jim muset majitelénemovitostípředkládat aktualizovanécertifikáty energetickénáročnosti.
bij de meting van de energieprestatie van een gebouw zal worden gekeken naar aspecten zoals warmte­isolatie, het verwarmingssysteem, airconditioning, natuurlijke ventilatie en passieve verlichting en verwarming door zonlicht.

a) pravomoci, které jim jsou svěřeny;
a) de functies die haar zijn opgedragen,

identifikaci rizik řízení a předcházení jim;
de beheerrisico's vast te stellen en te voorkomen;

funkční období jim začíná prvním zasedáním skupiny.
hun ambtstermijn vangt aan op de datum waarop de eerste vergadering van de groep plaatsvindt;

velmi obratně šplhají, což jim usnadňuje spásání svahů.
het zijn opmerkelijke klimmers; daarvan maken zij gebruik bij het foerageren.

pravil: "adame, sděl jim jména toho všeho!"
god zeide: "adam, noem hun de namen."

když jim Šu´ajb říkal: "což nebudete bohabojní?
(gedenk) toen sjoe'aib tot hen zei: "vrezen jullie (allah) niet?