Şunu aradınız:: welke bus moet ik nemen (Hollandaca - İspanyolca)

we wisten niet welke bus we moesten nemen.
no sabíamos qué autobús tomar.

welke geluidsengine moet ik gebruiken?
¿qué motor de sonido debería utilizar?

wat moet ik doen?
¿qué debo hacer si no puedo tirar, girar o presionar el botón de dosificación?

--„moet ik wachten?”
¿habrá que esperaros.

wat moet ik nu doen?
¿qué tengo que hacer?

nu moet ik even telefoneren.
ahora tengo que hablar por teléfono un momento.

"maar wat moet ik doen?"
—pero, ¿qué podemos hacer?

"hoe moet ik u noemen?"
-¿con qué nombre debo llamarle?

--„ja, moet ik iets medenemen?”
¿tengo que llevar alguna cosa?

waar moet ik mijn injectie geven?
¿dónde puedo pincharme?

--„ja.” „wat moet ik doen?”
sí.

--„en waarmede moet ik hem belasten?”
¿y qué le ordenaré yo?

--„waar moet ik sterven?” vroeg zij.
¿dónde voy a morir? dijo.

"je bent wèl toegevend, moet ik zeggen!
-¡mira qué gran concesión!

welaan! spreek, beveel, wat moet ik doen?”
veamos, decid, ordenad: ¿qué hay que hacer?

ik neem, ik koop
míos

ik neem morgenmiddag vrij.
mañana me tomaré la tarde libre.

ik neem elke dag een bad.
me baño todos los días.

"ik neem die aan."
-la acepto, señor land.

ik neem aan dat je honger hebt.
supongo que tienes hambre.